De Europese Commissie heeft een voorstel gepubliceerd voor vangstbeperkingen voor 2017, ter voorbereiding op de Visserijraad in december en de onderhandelingen tussen lidstaten over vangstquota in de Atlantische Oceaan en de Noordzee voor 2017.
Het voorstel wordt tijdens de Visserijraad van december ingediend ter goedkeuring door de ministers van de lidstaten. Het is de bedoeling dat het met ingang van 1 januari 2017 van toepassing wordt.
In het voorstel zijn TAC’s (total allowable catches) opgenomen voorde voornaamste commerciële visbestanden opgenomen. Op basis van wetenschappelijk advies stelt de commissie voor om de bestaande vangstquota voor 42 gezonde bestanden op hetzelfde niveau te houden of te verhogen, en die voor 28 bestanden waarmee het slecht gesteld is, te verlagen.
Als overgangsregeling voor de aanlandingsplicht komt de commissie later dit jaar nog met een voorstel voor aanvullende quota (quotatoeslagen) voor 2017. Ook de hoogte van deze aanvullende quota wordt per visserij bepaald op basis van wetenschappelijk advies. Dit advies wordt half november verwacht.
Inhoud van het voorstel
Aan de hand van het hervormde gemeenschappelijke visserijbeleid wil de Commissie ervoor zorgen dat alle bestanden duurzaam worden bevist, op het niveau van de zogenoemde maximale duurzame opbrengst (MSY). De hoeveelheid gevangen vis vormt dan geen bedreiging voor de visbestanden. De Internationale Raad voor het onderzoek van de zee (ICES) adviseert over deze niveaus. Dit jaar heeft ICES voor 34 bestanden advies uitgebracht.
Bestanden op een duurzaam niveau
Voor sommige vissoorten die al op MSY-niveau worden bevist (zoals zeeduivel in de zuidelijke wateren en tong in het Skagerrak/Kattegat en het westelijke deel van het Kanaal) stelt de Commissie TAC-verhogingen voor. Verder wordt voorgesteld de TAC’s te verhogen voor langoustines in het Kattegat/Skagerrak, horsmakreel in de Atlantische wateren rond het Iberisch schiereiland en schelvis in de Ierse en Keltische Zee. Ook van het noordelijke heekbestand worden de TAC’s opnieuw substantieel verhoogd.
Bestanden op een niet-duurzaam niveau
Zorgen zijn er over de afnemende kabeljauwbestanden ten westen van Ierland en in de Keltische Zee, de Golf van Biskaje en de Atlantische wateren rond het Iberisch schiereiland. Tong in de Ierse zee is zeer kwetsbaar. Voor wijting ten westen van Schotland adviseer ICES nulvangsten, terwijl een verlaging van de TAC’s voor scharretong en witte koolvis in de Keltische en de Ierse Zee wordt voorgesteld. Voor het Kattegat wordt voorgesteld de scholvangst te beperken.
Voor zeebaars slaat ICES alarm, daarom heeft de commissie in haar voorstel maatregelen opgenomen voor het beheer van zeebaars in 2017 en het terugbrengen van de vangst. Mogelijk blijven er nog wat vangstmogelijkheden voor kleinschalige vissers die van het bestand afhankelijk zijn.
Bestanden waarvoor geen wetenschappelijke gegevens beschikbaar zijn
Wanneer er onvoldoende gegevens zijn om een juiste raming van de omvang van een bestand te maken, volgt de commissie in het voorstel het advies van ICES (dat de TAC met niet meer dan 20% wordt verhoogd of verlaagd). Na een gemeenschappelijke verklaring van 2012 zijn voor 26 bestanden waarvoor weinig gegevens beschikbaar zijn, lagere TAC’s vastgesteld, die echter vijf jaar lang ongewijzigd zijn gebleven. Voor twee van die bestanden blijkt uit actueel wetenschappelijk advies dat de bestanden nog verder zijn afgenomen, zodat de TAC’s nog verder omlaag moeten. Het gaat om sprot in het Kanaal en schol in de Keltische Zee en het gebied ten zuidwesten van Ierland.
TAC’s en quota in tabel
Zie de tabellen hieronder met per soort en vangstgebied gespecificeerd de TAC (in tonnen) voor de Atlantische Oceaan en de Noordzee. De commissie heeft alleen de voorgenomen TAC’s gepubliceerd van EU-bestanden, niet van bestanden die met derde landen worden gedeeld zoals Noordzee schol.
Tabel 1: Bestanden waarvoor een hogere TAC wordt voorgesteld
Gewone naam | Wetenschappelijke naam | TAC-gebied | Definitieve TAC in 2016 | Voorstel TAC 2017 | Voorgestelde wijziging TAC 2017 t.o.v. TAC 2016 |
Zeeduivel | Lophius | VIIIc, IX, X, Cecaf 34.1.1 | 2 569 | 3 955 | 54,0% |
Tong | Solea solea | VIIe | 979 | 1 178 | 20,3% |
Tong | Solea solea | IIIa; wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 | 391 | 534 | 36,6% |
Tong | Solea solea | VIIfg | 779 | 782 | 0,4% |
Schelvis | Melanogrammus | VIIb-k, VIII, IX en X; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 | 7 258 | 7 751 | 6,8% |
Schelvis | Melanogrammus aeglefinus | Wateren van de Unie en internationale wateren van VIb, XII en XIV | 3 225 | 4 130 | 28,1% |
Heek (algemene noordelijke TAC) | Merluccius | Algemene noordelijke TAC’s (IIIa / IIa en IV / Vb, VI, VII, XII en XIV / VIIIabde) | 108 784 | 111 865 | 2,8% |
Horsmakreel | Trachurus | IX | 68 583 | 73 349 | 6,9% |
Langoustine | Nephrops | IX en X; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 | 320 | 336 | 5,0% |
Langoustine | Nephrops | IIIa; wateren van de Unie van de deelsectoren 22-32 | 11 001 | 12 715 | 15,6% |
Tabel 2: Bestanden met ongewijzigde TAC’s
Gewone naam | Wetenschappelijke naam | TAC-gebied | Definitieve TAC in 2016 | Voorstel TAC 2017 | Voorgestelde wijziging TAC 2017 t.o.v. TAC 2016 |
Ansjovis | Engraulis | IX en X; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 | 10 622 | 10 622 | 0,0% |
Kabeljauw | Gadus morhua | Kattegat | 370 | 370 | 0,0% |
Kabeljauw | Gadus morhua | VIa; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb ten oosten van 12º 00′ WL | 0 | 0 | 0,0% |
Tong | Solea solea | VIIIab | 3 420 | 3 420 | 0,0% |
Tongschar en witje | Microstomus kitt en Glyptocephalus cynoglossus | IIa (EU), Noordzee (EU) | 6 391 | 6 391 | 0,0% |
Scharretong | Lepidorhombus | Wateren van de Unie van IIa en IV | 2 639 | 2 639 | 0,0% |
Schol | Pleuronectes | VIIa | 1 098 | 1 098 | 0,0% |
Tarbot en griet | Psetta maxima & Scopthalmus rhombus | Wateren van de Unie van IIa en IV | 4 488 | 4 488 | 0,0% |
Tabel 3: Bestanden waarvoor een lagere TAC wordt voorgesteld
Gewone naam | Wetenschappelijke naam | TAC-gebied | Definitieve TAC in 2016 | Voorstel TAC 2017 | Voorgestelde wijziging TAC 2017 t.o.v. TAC 2016 |
Zeeduivel | Lophius | VII | 33 516 | 29 534 | -11,9% |
Zeeduivel | Lophius | VIIIabde | 8 980 | 7 914 | -11,9% |
Blauwe leng | Molva dypterigia | Int. wateren van XII | 446 | 357 | -20,0% |
Evervis | Caproidae | Wateren van de Unie en internationale wateren van VI, VII en VIII | 42 637 | 27 288 | -36,0% |
Kabeljauw | Gadus morhua | VIIb, VIIc, VIIe-k, VIII, IX en X; wateren van de Unie van Cecaf | 4 565 | 1 447 | -68,3% |
Tong | Solea solea | VIIa | 40 | 7 | -82,5% |
Tong | Solea solea | VIId | 3 258 | 2 257 | -30,7% |
Grote zilvervis | Argentina silus | Wateren van de Unie en internationale wateren van V, VI en VII | 4 316 | 3 453 | -20,0% |
Heek | Merluccius | VIIIc, IX en X; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 | 10 674 | 6 838 | -35,9% |
Haring | Clupea | VIa (S), VIIb, VIIc | 1 630 | 1 360 | -16,6% |
Haring | Clupea | VIIa(1) | 4 575 | 4 127 | -9,8% |
Haring | Clupea | VIIg(1), VIIh(1), VIIj(1) en VIIk(1) | 15 442 | 14 467 | -6,3% |
Haring | Clupea harengus | Wateren van de Unie en internationale wateren van Vb, VIb en VIaN(1) | 4 170 | 3 480 | -16,5% |
Scharretong | Lepidorhombus | VIIIabde | 1 802 | 1 513 | -16,0% |
Scharretong | Lepidorhombus | Wateren van de Unie en internationale wateren van Vb; VI; | 5 214 | 4 900 | -6,0% |
Scharretong | Lepidorhombus | VII | 18 254 | 13 099 | -28,2% |
Scharretong | Lepidorhombus | VIIIc, IX en X; wateren van de Unie van Cecaf 34.1.1 | 1 363 | 1 013 | -25,7% |
Langoustine | Nephrops | VIII c | 48 | 0 | -100,0% |
Langoustine | Nephrops | Wateren van de Unie van IIa en IV | 13 700 | 13 686 | -0,1% |
Schol | Pleuronectes | VIIde | 12 446 | 10 022 | -19,5% |
Schol | Pleuronectes | VIIfg | 420 | 405 | -3,6% |
Schol | Pleuronectes | VIIhjk | 135 | 108 | -20,0% |
Schol | Pleuronectes platessa | Kattegat | 2 347 | 2 065 | -12,0% |
Witte koolvis | Pollachius pollachius | VIIIabde | 1 482 | 1 186 | -20,0% |
Witte koolvis | Pollachius pollachius | VII | 13 495 | 10 796 | -20,0% |
Sprot | Sprattus | VIIde | 5 150 | 4 120 | -20,0% |
Wijting | Merlangius | VI; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb; internationale wateren van XII en XIV | 213 | 0 | -100,0% |
Wijting | Merlangius | VIII | 2 540 | 2 032 | -20,0 |
Tabel 4: Bestanden wachtend op advies of in onderhandeling
Gewone naam | Wetenschappelijke naam | TAC-gebied | Definitieve TAC in 2016 |
Zeeduivel | Lophiidae | Wateren van de Unie van IIa en IV | 11 267 |
Zeeduivel | Lophius | VI; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb; internationale wateren van XII en XIV | 6 375 |
Blauwe leng | Molva dypterigia | Wateren van de Unie en internationale wateren van Vb, VI en VII | 4 746 |
Kabeljauw | Gadus morhua | VIIa | 146 |
Tong | Solea solea | Wateren van de Unie van IIa en IV | 13 252 |
Schar en bot | Limanda limanda & Platichthys flesus | Wateren van de Unie van IIa en IV | 18 434 |
Schelvis | Melanogrammus | Vb,VIa | 6 462 |
Schelvis | Melanogrammus | VIIa | 1 654 |
Horsmakreel | Trachurus | wateren van de Unie van IIa, IVa; VI, VIIa-c, VIIe-k, VIIIa, VIIIb, VIIId en VIIIe; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb; internationale wateren van XII en XIV | 107 168 |
Horsmakreel | Trachurus | Wateren van de Unie van IVb, IVc en VIId | 11 650 |
Horsmakreel | Trachurus | VIII c | 17 235 |
Leng | Molva molva | Wateren van de Unie en internationale wateren van VI, VII, VIII, IX, X, XII, XIV | 10 297 |
Leng | Molva molva | IV (EU) | 2 912 |
Langoustine | Nephrops | VI; wateren van de Unie en internationale wateren van Vb | 16 524 |
Langoustine | Nephrops | VII | 23 348 |
Langoustine | Nephrops | VII – bijzondere voorwaarde Porcupine Bank | 1 850 |
Langoustine | Nephrops | VIIIabde | 3 899 |
Kever | Trisopterus esmarkii | IIIa; wateren van de Unie van IIa en IV | 129 000 |
Doornhaai | Squalus | Wateren van de Unie en internationale wateren van I, V, VI, VII, VIII, XII en XIV | 0 |
Doornhaai | Squalus | Wateren van de Unie van IIa en IV | 0 |
Doornhaai | Squalus | Wateren van de Unie van IIIa | 0 |
Zandspiering | Ammodytes | Wateren van de Unie van IIa, IIIa en IV | 79 219 |
Rog | Rajidae | Wateren van de Unie van IIa en IV | 1 313 |
Rog | Rajidae | Wateren van de Unie van IIIa | 47 |
Rog | Rajidae | Wateren van de Unie van VIa, VIb, VIIa-c en VIIe-k | 8 032 |
Rog | Rajidae | Wateren van de Unie van VIII en IX | 3 420 |
Rog | Rajidae | VIId | 966 |
Sprot | Sprattus sprattus | Wateren van de Unie van IIa en IV | 219 500 |
Lom | Brosme brosme | Wateren van de Unie en internationale wateren van V, VI en VII | 937 |
Wijting | Merlangius | VIIb-k | 22 778 |
Tabel 5: TAC’s door lidstaat zelf vastgesteld (gedelegeerd)
Gewone naam | Wetenschappelijke naam | TAC-gebied | Gedelegeerd aan |
Haring | Clupea | VI Clyde(1) | Verenigd Koninkrijk |
Horsmakreel | Trachurus | Cecaf (Canarische Eilanden) | Spanje |
Horsmakreel | Trachurus | Cecaf (Madeira) | Portugal |
Horsmakreel | Trachurus | X, Cecaf (Azoren) | Portugal |
Peneïde garnaal | Penaeus | Frans-Guyana | Frankrijk |
Niet opgenomen in tabel 2 zijn de bestanden die zijn vermeld in de ‘Ad verklaring over stabiele bestanden’. De TAC’s voor bestanden, waarvoor weinig gegevens beschikbaar zijn, blijven in principe nog twee jaar ongewijzigd.
Meer informatie?
Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u contact opnemen met Derk Jan Berends, T 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl.