De regelgeving van de Europese Unie bestaat in hoofdlijnen uit:
- Verordeningen: deze zijn direct bindend voor alle lidstaten
- Richtlijnen: deze zijn ook bindend voor alle lidstaten, maar laten het aan de lidstaten over om middels nationale regelgeving het doel van de richtlijn te bereiken
- Besluiten: deze zijn direct bindend voor degenen tot wie het besluit zich richt.
Het Europese visserijbeleid (Europese Unie) is voornamelijk vastgelegd in Europese verordeningen. Richtlijnen zijn voornamelijk van belang daar waar het gaat over het garanderen van productkwaliteit en voedselveiligheid.
EURLEX
Op www.eurlex.eu kunt u relevante europese wet- en regelgeving in het Nederlands raadplegen.
Gemeenschappelijk Visserijbeleid
Het beleid voor de Nederlandse zeevisserij wordt in belangrijke mate bepaald door het Europese visserijbeleid: het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB). Het GVB is een regeling voor het beheer van de Europese vissersvloten en voor het behoud van de visbestanden. Het werd in het leven geroepen om een gemeenschappelijke hulpbron te beheren, en geeft alle Europese vissersvloten gelijke toegang tot de wateren van de EU zodat zij eerlijk met elkaar kunnen concurreren.
Het GVB heeft vier belangrijke beleidsterreinen:
- Visserijbeheer
- Internationaal beleid
- Markt- en handelsbeleid
- Beleidsfinanciering
TAC en Quota
Totaal toegestane vangsten (TAC’s) en vangstmogelijkheden zijn vangstbeperkingen (uitgedrukt in tonnen of aantallen) die zijn ingesteld voor de meeste commerciële visbestanden. De Commissie bereidt de voorstellen voor en baseert deze op wetenschappelijk advies van adviesorganen als de Internationale Raad voor het onderzoek van de zee (ICES) en het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV) over de toestand van de bestanden.
Een aantal meerjarenplannen bevatten regels voor het instellen van TAC’s. TAC´s worden voor de meeste bestanden jaarlijks ingesteld (om de twee jaar voor diepzeebestanden) door de Raad Visserij. Voor bestanden die gedeeld en gezamenlijk beheerd worden met (groepen) landen buiten de EU worden TAC-afspraken gemaakt.
Tussen EU-landen worden TAC’s gedeeld op basis van nationale quota. Voor ieder bestand wordt per EU-land een verschillend toewijzingspercentage toegepast voor het verdelen van de quota. Dit vaste percentage staat bekend als de relatieve stabiliteitsoplossing. EU-landen kunnen onderling quota uitwisselen.
EU-landen moeten transparante en objectieve criteria toepassen als zij hun nationale quota onder hun vissers verdelen. Zij zijn ervoor verantwoordelijk dat de quota niet worden overschreden. Als het quotum van een bepaalde soort bereikt is moet het EU-land de vangst stoppen.
In het Middellandse Zeebekken wordt de meeste visgrond alleen beheerd op basis van capaciteitsbeperkingen.
Voor de actuele TAC en Quota afspraken zie website Europese Commissie.
Noorse regels
Voor EU vissersvaartuigen die willen vissen in het Noorse deel van de Noordzeegelden speciale Noorse regels. Via de Nederlandse Vissersbond kan bij het ministerie van EZ een speciale vergunning voor de Noorse zone worden aangevraagd.