Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit is voornemens om de 50 kilogram regel conform onderstaande beschrijving door te voeren. Zonder zwaarwegende bezwaren wordt onderstaande tekst door het ministerie van LNV opgenomen in het komende informatiebulletin van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland dat na de Visserijraad gepubliceerd zal worden.
Bericht ministerie van LNV:
De quotum- en contingentbenutting wordt berekend aan de hand van de exact gewogen hoeveelheden vis zoals die zijn opgenomen in de aanlandingsdeclaraties. Tot nu toe werden de aangelande hoeveelheden van 50 kilogram of minder van een soort, niet in mindering gebracht op de quota en contingenten. Recent is gebleken dat deze hoeveelheden wel tot de quotumbenutting behoren. De berekening wordt daarom aangepast.
Vanaf 1 januari 2019 worden alle hoeveelheden die zijn opgenomen in de E-lite opgave of het aanlandbericht (NLLAN) in mindering gebracht op het quotum van de desbetreffende soort. Dat betekent dat ook hoeveelheden van 50 kg of minder voortaan meetellen voor de quotumbenutting.
Quotumbenutting
Om contingenthouders (waar nodig) de kans te geven op deze verandering in te spelen, is er een overgangsperiode van 2 jaar ingesteld. Tot en met 31 december 2020 worden deze hoeveelheden niet in mindering gebracht op de individuele contingenten. Dit betekent dat een deel van het aan Nederland toegekende quotum niet zal worden uitgegeven als contingent, maar door RVO beheerd zal worden voor aanlandingen van hoeveelheden van 50 kg of minder gecontingenteerde vissoorten.
Na deze overgangsperiode, dus per 1 januari 2021, zullen hoeveelheden van 50 kg of minder ook in mindering worden gebracht op de individuele contingenten. Vanaf dat moment moet u dus over voldoende contingent beschikken.
Harde domper
“Dit zou vooral voor kleinschalige visserij een harde domper zijn, omdat die vaak gebruik maken van deze regeling. Vanaf 2021 moet men dus contingent hebben of huren voor elke kilo tong, schol, kabeljauw en wijting”, zegt Jacob Snoek, TAC- en contingentspecialist bij de Nederlandse Vissersbond. “Voor quota die niet individueel verdeeld zijn heeft dit direct gevolgen. Dit heeft voornamelijk gevolgen voor de Rog-regeling. Sinds twee jaar hebben we namelijk een regeling waarbij we gebruik maken van deze 50 kg regeling. Dus waar je nu van een ondersoort 160 kilo mag aanvoeren en van een ander ondersoort nog eens 40 kilo, betekent dit nu dat alle soorten bij elkaar opgeteld maximaal 160 kilo mogen zijn.” Daaraan toe voegt Snoek: “De regeling bestaat al jaren niet meer, dus Nederland heeft in feite geen andere keuze dan dit te accepteren.”
Meer informatie
Neem voor meer informatie contact op met Jacob Snoek via 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl.