Nederlandse kottervissers, wetenschappers en natuurbeschermingsorganisaties werken in onderzoeksprojecten samen aan duurzaam visserijbeheer met de focus om selectiever te vissen en verbetering van bestandsschattingen. Deze projecten worden gefinancierd vanuit het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij. Over deze onderzoekssamenwerking publiceren de projectpartners in een eigen column in Visserijnieuws. Deze keer is de beurt aan Ben Scholten van de Nederlandse Vissersbond, die verslag doet van zijn onderzoeksreis aan boord van de UK 284 ‘Cornelis Zeeman’.
Even voorstellen
Ik zal mij even kort voorstellen, mijn naam is Ben Scholten, kom van Wieringen en ben sinds september werkzaam bij de Nederlandse Vissersbond. Afgelopen zomer ben ik afgestudeerd aan de HBO-opleiding Kust- en Zeemanagement. Daarvoor heb ik een paar jaar gevist aan boord van de WR 244 en in mijn vakanties ga ik regelmatig mee als opstapper.
Tijdens mijn eerste officiële werkdag kreeg ik de vraag of ik wilde assisteren bij de bemonstering van tarbot en griet aan boord van de UK 284 in het kader van het project Onderzoekssamenwerking 2.0. Op dit aanbod ging ik natuurlijk meteen in.
Het onderzoek
De jaarlijkse gerichte bedrijfssurvey Tarbot & Griet is onderdeel van het EFMZV-project Data Arme Visbestanden en richt zich op het verzamelen van meer wetenschappelijke informatie over de tarbot- en grietbestanden. Met de resultaten van de survey willen we bijdragen aan het verbeteren van de bestandsschatting door ICES (International Council for the Exploration of the Sea).
De informatie die tot nu toe gebruikt wordt, is volgens ICES te beperkt om dit nauwkeurig te kunnen doen. Voordat de gegevens door ICES meegenomen kunnen worden in de bestandsschattingen zal een tijdreeks van vijf jaar moeten worden opgebouwd. Dit jaar is het derde jaar dat de survey wordt uitgevoerd. We zijn dus nu bezig met het verzamelen van gegevens voor de toekomst. De schepen die jaarlijks de bedrijfssurvey uitvoeren zijn de UK 64, UK 237 en de UK 284.
Eemshaven
Na en lange nachtelijke rit vanuit Wieringen naar Eemshaven vertrokken we maandagmorgen om half 2 richting zee. Het was voor mij nog niet zo lang geleden dat ik aan boord stapte van een kotter. Na het behalen van mijn studie dit voorjaar heb ik de zomerperiode gevaren op de HD 42 en WR 189.
Toch is er wel degelijk een verschil tussen deze reis en alle voorgaande reizen die ik aan boord van kotters maakte. Dit keer ging ik mee als ‘onderzoeker’ in plaats van opstapper. Naast de schipper Jan Koffeman en de vaste bemanning, voer Menko Dijkstra deze week ook mee. Menko is mee namens Wageningen Marine Research en is ook al eerder mee geweest met een bedrijfssurvey Tarbot en Griet. Deze week zal ik hem assisteren bij het bemonsteren.
Bemonsteringstations
Door WMR zijn er in overleg met de schipper vooraf bemonsteringstations aangewezen waar we deze week trekken zullen doen. De route langs de stations en de volgorde waarin ze bevist worden door de schipper bepaald.
Maandagochtend met de schemer zetten we uit bij het zuidoostelijkste station aan de zuidkant van de Duitse Bocht op 54.17.418 N, 006.48.192 O. Na een krappe twee uur wordt er gehaald en de zwartvisvangst viel niet tegen. De eerste tarbotten en grieten konden worden bemonsterd. Het eerste etmaal vissen we met mooi weer noord in en doen we zeven bemonsteringstations aan.
Gezien het naderende slechte weer wordt in overleg met de schipper besloten om zo snel als mogelijk de noordelijkste stations aan te doen. Dinsdagochtend bereikten we het noordelijkste station, gelegen tegen de 56° NB, waarna er weer zuid-in werd gevist en trekken gedaan bij vijf bemonsteringstations. Woensdag begon de wind toe te nemen en deden we trekken bij de vier westelijke stations. De laatste drie bemonsteringstations werden het laatste etmaal aangedaan bij een windkracht 7-8 uit het westen.
Nadat de laatste zwartvis vangst was bemonsterd werd er koers gezet richting Eemshaven, waar wij donderdag op vrijdagnacht binnenlopen. In totaal bestond de visweek uit 31 trekken, waarvan er 19 trekken zogenoemde surveytrekken waren, trekken waarbij de vangst dus werd bemonsterd. Om vangstverlies te beperken werd er tussen de surveytrekken door, wanneer dat mogelijk was, gewoon gevist.
Maats/ondermaats
Tijdens het verwerken van de vangst hield de bemanning alle tarbot en griet – zowel maats als ondermaats – apart. Vervolgens werd door Menko van deze tarbotten en grieten de lengte, het gewicht en het geslacht bepaald. Bij tarbotten en grieten die binnen bepaalde lengteklassen vielen werden tevens de gehoorsteentjes verwijderd om zo naderhand de leeftijd te bepalen. Mijn taak was het noteren van de gegevens van de in totaal meer dan duizend tarbotten en grieten die deze week zijn bemonsterd.
Ervaring
Ik kijk terug op een mooie ervaring aan boord van de UK 284. Het was leuk om eens vanuit een andere invalshoek aan dek te staan. De survey kon succesvol worden afgerond en de samenwerking met de bemanning verliep vlekkeloos.
Tijdens het slechte weer in de na week heb ik ook nog even mogen ervaren dat een grote kotter ook zeker kan slingeren. Ik vond het goed om te zien dat de voltallige bemanning tijdens het slechte weer een reddingsvest droeg! Uit eigen ervaring kan ik bovendien zeggen dat ik er nauwelijks erg in had dat ik het reddingsvest gedurende het werk aan dek droeg.
Tot slot wil ik graag de schipper en bemanning bedanken voor hun gastvrijheid en de fijne samenwerking! Zonder jullie uitstekende medewerking was het niet gelukt om de survey uit te voeren. Jullie dragen bij aan een betere bestandsschatting.