Een meerderheid van het Europees Parlement heeft dinsdag 16 januari 2018 in Straatsburg gestemd voor een verbod op de zogeheten pulsvisserij. Dat is een techniek die Nederlandse visserijbedrijven gebruiken om met name tong (platvis) via zeer zwakke elektrische stroomstoten in hun netten te krijgen. De methode is uiterst effectief, maar ligt mede daarom zwaar onder vuur van jaloerse vissers in omliggende landen. Een voorstel om pulsvisserij voortaan in beperkte mate en onder strikte voorwaarden toe te staan, maakte deel uit van een veel breder voorstel om visbestanden en ecosystemen in stand te houden.
Tot verontwaardiging van de meeste Nederlandse leden van het Parlement werd dit onderdeel weggestemd. Nederlandse vissers hebben tot dusver 84 kotters omgebouwd om ze geschikt te maken voor deze vorm van visserij. Daar is per schip twee tot vijf ton (€) mee gemoeid. Er zijn ook Europese subsidies voor verschaft. Wat er nu met deze investeringen gebeurt, hangt vooral af van Karmenu Vella, de Eurocommissaris voor visserij. Peter van Dalen (ChristenUnie) schat in dat de bestaande ontheffingen (zonder wijzigingen) nog kunnen doorlopen tot eind 2018 en midden 2019. Daarna is het mogelijk over met de pulsvisserij.
Eurocommissaris Vella zei te verwachten dat de kwestie toch weer aan de orde zal komen in de komende onderhandelingen tussen Europese Commissie, Europees Parlement en de lidstaten. Dit heet de zogenaamde Triloog. Dit is nodig om de verschillende versies naar wetgeving, een Verordening, te vertalen. Ook de nieuwe Minister Carola Schouten van LNV zei de betreffende dinsdag dat dit alleen nog maar een tussenstand is, die meeloopt in de onderhandelingen. Ze sprak wel van een terugslag. “Het wordt een lastig verhaal, maar wij gaan er alles aan doen om te voorkomen dat het verbod werkelijkheid wordt”, aldus Schouten.
Bijna alle anderen Noordzee EU-landen zijn tegen de pulskor. Nederlandse Europarlementariërs, van PvdA tot en met VVD, betreurden het besluit in Straatsburg bijna eenstemmig. Een ramp voor de Nederlandse visserij en de kottergezinnen. “De inkomens van al deze gezinnen en aanverwanten komen hierdoor op de tocht te staan”, reageerde Annie Schrijer-Pierik (CDA). Jan Huitema (VVD) sprak van een gemiste kans en Peter van Dalen (ChristenUnie) van een zwarte dag.
Maar volgens Bas Eijkhout van GroenLinks heeft Nederland zijn hand overspeeld door veel meer vergunningen af te geven dan Europees was afgesproken. Hij wil terug naar een bescheiden toelating, zodat de effecten op langere termijn beter kunnen worden bestudeerd. Van Dalen erkende dat de Nederlandse visserijsector inhoudelijk gelijk heeft maar tactisch beter had kunnen opereren.
Volgens alle Nederlandse vertegenwoordigers is pulsvisserij innovatief en energiezuiniger dan de boomkor met wekkerkettingen die over de zeebodem worden gesleept. Bij het debat over de kwestie liepen de emoties hoog op. De linkse Franse afgevaardigde Younous Omarjee had het over massavernietigingswapens. Volgens Jan Huitema (VVD) gaat het puur om economische belangen van zuidelijke lidstaten, die de boot hebben gemist en nu jaloers zijn. Greenpeace Nederland vindt het juist een goede zaak dat het Parlement voor een totaal verbod heeft gestemd. Zonder gedegen afgerond wetenschappelijk onderzoek naar de duurzame effecten van deze vorm van visserij en de voordelen, is het te voorbarig om pulsvisserij te bejubelen, aldus Pavel Klinckhamer.
Wat minder aan bod komt is dat ook Nederlandse garnalenvissers hun vraagtekens hebben bij de gevolgen van de pulsvisserij. De Nederlandse kottervloot heeft intern de rijen nog steeds niet gesloten. Dat mag men een eerste voorwaarde noemen om succes verder te verzekeren.
De Nederlandse kottervisserij heeft met het onverwachte totaalverbod op de pulsvisserij een optater gekregen, maar alle hoop is nog niet weg. Nederland is slachtoffer van een aanvankelijk kleine maar luidruchtige groep van Franse en Britse vissers, anders denkende milieugroepen en in de politiek een merkwaardig verbond van extreem links en rechts, zo luidde de analyse van de betrokken Nederlandse Europarlementariërs.
De Franse tegenstanders varen met kleine en verouderde scheepjes die het al heel lang af moeten leggen tegen de moderne Nederlandse kottervisserij. Daar nog eens een dreigende (ontwrichtende) innovatie bovenop konden ze niet hebben en dus gingen ze uit puur eigenbelang er dwars voor liggen. Het systeem van macht bij de 751 Europese Parlementsleden brengt met zich mee dat ze alleen maar opkomen voor hun eigen landsbelang. Nederland heeft 26 leden in dit Parlement en zo is een ‘klein landje’ afhankelijk van de grillen en emoties van de grotere spelers. We kunnen niet ontkennen dat Frankrijk en Duitsland in Europa de as zijn waar alles om draait.
We moeten hopen dat het Nederlandse Kabinet het verschil weet te maken in Europa, maar dat ontslaat de sector er zeker niet van om in hoge mate haar eigen verantwoordelijkheid te onderkennen. Niet de Europese Parlementsleden zijn de oorzaak, maar wel degene die hen ‘gekleurd’ informeren. Er zijn veel voorbeelden dat de voorhoede in een bepaalde sector de politieke macht van de vaak talrijke en verwaarloosde achterhoede onderschat. Die achterhoede wekt ook altijd de sympathie op van de NGO’s die liever 100 boeren zien met 10 varkens, dan één boer met 1000 varkens.
Wat de werkelijke impact is, wat de onafhankelijke wetenschap zegt, doet er dan allang niet meer toe. Juist de visserij weet als beste welke sturing de diepgewortelde emotie geeft.
Deze column van Johan Nooitgedagt is eerder gepubliceerd in Vismagazine
<< Terug naar het Weekjournaal