Midden op het Markermeer heeft de Explosieven Opruimingsdienst Defensie op 4 april van dit jaar een zeer zware Duitse WOII-zeemijn gecontroleerd laten springen. De zeemijn was eerder dit jaar bij baggerwerkzaamheden in het Amsterdamse IJ aangetroffen. De mijn had de kracht van 900 kilo TNT en ondanks de enorme verstoring in het Natura 2000-gebied was hiervoor geen Wnb-vergunning aangevraagd noch afgegeven.
Onder begeleiding van de politie en Rijkswaterstaat was het explosief naar het Markermeer gebracht. Voor de klus werden alle mogelijke voorzorgsmaatregelen getroffen. Zelfs het vliegverkeerd werd omgeleid.
‘Standaard procedure’
Provincie Flevoland, waar vrijwel het gehele Markermeer onder valt, geeft aan dat er een standaard procedure zou zijn gevolgd, die is afgestemd met Rijkswaterstaat. Een explosief moet ver uit de kant, in diep water gedetoneerd worden. Vooraf moeten vissen zijn verdreven met pulssignalen. Tezamen zouden hiermee negatieve effecten op de Natura 2000- instandhoudingsdoelen op voorhand worden uitgesloten.
Ecologische schade aannemelijk
De Nederlandse Vissersbond vindt dit antwoord ‘mager’. Voor elke andere activiteit in een Natura 2000 gebied moet elke handeling uitvoerig wetenschappelijk onderbouwd worden. Het is vreemd dat er geen wetenschappelijke onderbouwing is voor het effect van een detonatie inclusief drukgolf onder water. Dat er schade is aan flora, fauna en biotoop is aannemelijk, gezien de waterzuil die zelfs vanaf 3,5 kilometer indrukwekkend is. Per brief vragen we de provincie daarom officieel om opheldering hierover.
Ter illustratie van de zwaarte van het explosief: zó ziet de ontploffing eruit van de zeemijn die in Amsterdam lag. Foto genomen vanaf meer dan 3,5 km afstand. pic.twitter.com/fM5aaM6LzB
— Koninklijke Marine (@kon_marine) 4 april 2018
Meer informatie
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Derk Jan Berends via 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl.