De Noordwestelijke Wateren Adviesraad (NWWAC) vergaderde afgelopen woensdag over het artikel 27 uit de verordening Technische Maatregelen (2019/1241). Dit artikel en de bijbehorende bijlage 6 uit de verordening biedt voor de visserij belangrijke technische informatie over vangstsamenstelling, maaswijdtes en de aanlandplicht. Namens de Nederlandse Vissersbond nam Durk van Tuinen deel aan de online vergadering.
Presentatie DG Mare
Het betrof een vergadering van de NWWAC waar ook de Europese Commissie (DG Mare) en het Europees Bureau voor visserijcontrole (EFCA) aanwezig waren. Vanuit DG Mare werd in een presentatie aandacht besteed aan de evaluatie van de Technische Maatregelen. Daarbij werd de aandacht gevestigd op de aanlandplicht die volgens DG Mare een hoeksteen vormt van het Gemeenschappelijk Visserij Beleid. Er werd uitgesproken dat er grote uitdagingen zijn op het gebied van invoering van bewezen innovatieve vistuigen. Na een succesvolle periode van ontwikkeling constateert DG Mare dat het niet vanzelfsprekend is dat de betreffende visserijvloot de innovatie overneemt. Om dat proces te bespoedigen wordt nagedacht over een stimulans.
Aanlandplicht
Verder bleek dat de controle op de aanlandplicht een uitdaging is. De aanlandplicht heeft gezorgd voor een complexe situatie door in gevallen niet uitvoerbare en conflicterende regelgeving voor vissers. In de vergadering werden de nodige vragen gesteld of er in dat geval sprake is van niet-naleving bij visserij of onuitvoerbare regelgeving. Een belangrijk discussiepunt betrof de regels omtrent vangstsamenstelling in relatie tot de aanlandplicht. Een groot deel van de regels omtrent vangstsamenstelling is aangepast in de periode dat de aanlandplicht werd ingevoerd maar er zijn in de Noordwestelijke wateren nog voorschriften voor het vissen nauwer dan 120mm of 100mm (ICES-gebied 7b-7k). Om nauwer te mogen vissen dient de (bij)vangst van kabeljauw, schelvis en zwarte koolvis niet meer te bedragen dan 20% van de totale vangst. In hoeverre dit voorschrift problematisch is voor de visserijsector is uiteraard afhankelijk van het visgebied en vistuig maar het moge duidelijk zijn dat bepaalde visserijen hier hinder van ondervinden in relatie tot de aanlandplicht.
Definitie ‘gerichte visserij’
In de Noordwestelijke wateren bevindt zich een breed scala aan visserijen, waaronder veel demersale visserij, met een grote variëteit aan vangstsamenstellingen. Daarom is het een enorme klus om zogenaamde definities te ontwikkelingen voor ‘gerichte visserijen’. Dit werd door de visserijsector, met name door Sean O’ Donoghue (Killybegs Fishermen’s Organisation), goed onder woorden gebracht. Mandy Doddema (LNV) gaf in de vergadering een update over het werk van de Scheveningen groep om de definitie in te vullen voor visserijen op de Noordzee. Voorzitter Emiel Brouckaert besloot met de woorden dat de invulling van de definitie een moeilijk punt blijft en de komende periode er verder aan zal worden gewerkt.
Meer informatie
Neem voor meer informatie contact op met Durk van Tuinen via 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl.