Afgelopen vrijdagmiddag, 8 oktober, tijdens de jaarvergadering van Hulp in Nood, hield Frits Loomeijer, oud-directeur van het Maritiem Museum te Rotterdam, een erg interessante lezing over het veranderde imago van de visserij gedurende de laatste decennia. In de jaren 70 werd de visserij gezien als een stoer, dynamisch beroep. Nu, in de huidige tijd, wordt de visserij met andere ogen bekeken. Dat heb ik de laatste tijd zelf ook ervaren tijdens informatieve vistripjes die ik af en toe wel eens maak.
Iets anders zien
Enkele weken geleden vroeg Ingrid, een filmmaker en fotograaf uit het dorp waar ik woon, of ik Mohammed, een vriend van haar die hengelt en ook columns en artikelen schrijft over vis, vissen en het bereiden en eten van vis, iets wilde vertellen en laten zien over de garnalenvisserij. Omdat ik sowieso al geen nee tegen Ingrid kan zeggen, werd er een datum gepland in september, op een vrijdagochtend voor het maken van een visreisje.
Alfred had geen tijd voor ‘deze flauwekul’ – er was werk genoeg op de ZK 92 – zodat ik wel op zoek moest naar iemand die mij kon assisteren. Solt-collega Johan Rispens (ZK 18) was genegen om mij bij te staan tijdens deze informatieve vistocht, zodat we met een ervaren bemanning richting het Westgat vertrokken voor een paar korte trekjes.
Na het halen van de eerste trek bleek al dat wij, Johan en ik, iets anders zagen dan Mohammed, terwijl we naar hetzelfde keken. Wij zagen een mooie, schone box met garnalen, met hier en daar een krabbetje en visje; de zeeflap had z’n werk weer goed gedaan. Mohammed daarentegen zag spartelende babyvisjes en kleine krabbetjes en had weinig oog voor de overgrote meerderheid: de garnalen. In z’n column in de NRC beschreef hij dan ook z’n ervaring, wat weer een duidelijk beeld gaf van het veranderende imago van de visserij. Maar goed echter dat hij niet met iemand uit de zuid was meegegaan, waar veelal zonder zeeflap wordt gevist en de opgeviste boxen een heel ander beeld laten zien.
Het door Mohammed geschetste beeld staat niet op zichzelf. Het wordt gedeeld door heel veel mensen, terwijl er aan de andere kant zeer weinig kennis is bij de Nederlandse bevolking hoe de huidige, moderne visserij wordt gebezigd. De afstand van de moderne mens met basale beroepen zoals visserij, landbouw en veeteelt wordt steeds groter. Men wil wel vlees en vis eten, maar aan het feit dat hiervoor ook beesten gedood zullen moeten worden wil men niet denken. En dat er bij het vissen altijd wel enige vorm van bijvangst zal zijn, is helemaal uit den boze. Deze overboord gezette bijvangst is in mijn ogen geen verspilde vangst, maar wordt weer gebruikt door vogels, zeezoogdieren, vissen en krabben als voedsel, zodat er in feite sprake is van circulaire visserij. Alles wordt gebruikt en genuttigd en kan in principe via een omweg terugkomen in een volgende vangst.
Stichting De Noordzee
Tegenwoordig zijn er heel veel mensen en instanties die zich bemoeien met de visserij en ook een mening hebben over de visserij. Als je soms de mailingslijst bekijkt van mails die je krijgt die als onderwerp de visserij hebben, dan krab je je wel eens op je hoofd; zoveel groeperingen, stichtingen en organisaties als er zijn die zich bezighouden met visserijactiviteiten op de Waddenzee of Noordzee.
Linda Planthof van Stichting De Noordzee, die ik nog ken van mijn contacten met de haaien- en roggenvereniging NEV, vroeg mij laatst hetzelfde als Ingrid mij had gevraagd. Maar deze keer voor wat collega’s van haar en wat mensen van LNV om hun kennis over de visserij te vergroten en eens bij te praten over alles wat ons bezighoudt wat betreft ontwikkelingen op de Noordzee.
Weer op een vrijdagmorgen en weer met Johan Rispens als maat op weg naar het Westgat voor enkele informatieve trekjes. De bemanning bestond naast Johan en mij uit Wilbert Schermer Voest, Matthijs Seijlhouwer en Bram Streefland van LNV, Linda, Serena Rivero en Ewout van Galen van Stichting De Noordzee, Anne-Floor van Dalfsen van MSC, Ingrid Tulp van Wageningen Marine Research en voorzitter Sarah Verroen van Hulp in Nood.
Van dit diverse gezelschap was het voor enkelen de eerste keer dat ze op een vissersschip stonden en daadwerkelijk gingen vissen, terwijl anderen al wel wat meer ervaring hadden (bijvoorbeeld Serena in het Caraïbisch gebied en Ingrid bij WMR). Allemaal houden ze zich professioneel bezig met onze visserijtoekomst.
Tijdens deze reis bleek dat onder andere zeeflap, brievenbus en klossenpees als uitdrukking wel bekend waren, maar dat de feitelijke inhoud vragende gezichten opleverde, wat gelukkig verduidelijkt kon worden door Johan aan de hand van de praktijk. Ook Ingrid Tulp en Sarah Verroen konden op veel vragen antwoord geven, zodat we om 12.00 uur, toen we weer aan de steiger lagen, op een geslaagde ochtend konden terugkijken en nu maar moeten hopen dat het imago van de visserij iets verbeterd is bij LNV en Stichting De Noordzee.
Dikker
Intussen is het niet alleen vistripjes op vrijdag, maar wordt er op de andere dagen van de week ook nog gevist. De vangsten blijven redelijk stabiel, net als de kiloprijs (e3,- voor soort drie). Het is echter niet zo dat de garnalen overal dik liggen. Op sommige plekken, zoals noord van Schiermonnikoog en op de stranden van de eilanden, valt het allemaal wat tegen.
Dieper af is het soms goed raak, waarbij het wel schoon van bloemetjes en rood haar moet wezen. Dit kan zomaar veranderen na het kenteren van het tij of het veranderen van windrichting, van een puur schone box in één doffe ellende.
Nu het wat kouder wordt worden de gevangen garnalen ook wat dikker. Het aantal ‘tweeën’ neemt toe, de grootste en duurste soort (e7,50) laat het echter nog afweten. Al met al worden er op dit moment wel weekjes gemaakt, maar dat moet ook wel, want door ons project ZK 92/ZK 37 is het wel duidelijk waar het verdiende geld naar toe gaat.
TDL
De mannen van TDL werken gestaag door; de Luyt-lieren staan inmiddels op hun plek, Durk de Jong zorgt voor een nieuwe zekeringkast en nieuwe stroomkabels op bijna het gehele schip en intussen is timmerbedrijf Post uit Urk bezig met de herinrichting en het opnieuw betimmeren van de stuurhut. Al met al bedrijvigheid, waarbij Alfred en ik proberen op de vrijdag en zaterdag wat bij te springen.
VisWad
Ik heb een GV-vergunning, dus eigenlijk gaat de visserij op de Waddenzee mij weinig aan. Maar ondanks dat, stel ik mij wel graag op de hoogte van de laatste ontwikkelingen op visserijgebied in dit unieke stukje zee. Van collega-Wadvissers hoor ik regelmatig het laatste nieuws van wat er allemaal speelt.
Na de uitkoopregeling van 19 GK-vergunningen zou donderdag 30 september een besluit worden genomen over de te sluiten gebieden op het oostelijke Wad onder Rottum en westelijk bij het Eierlandse Gat. Het sluiten van gebieden voor de visserij zie ik als iets onwenselijks en nutteloos, maar gebiedssluitingen gaan gewoon door, ondanks mijn mening of die van andere vissers.
Binnen het proces van VisWad zijn bepaalde afspraken gemaakt over strategie en werkwijze om tot een goede en evenwichtige verdeling te komen. Onder leiding van Barbara Holierhoek en Marnix van Stralen was er om de Oost (Lauwersoog en Usquert) uiteindelijk overeenstemming bereikt waarmee de meeste vissers wel akkoord konden gaan. Om de West (onader andere Den Oever en Texel) was het wat ingewikkelder en lukte het Barbara en Marnix niet om tot overeenstemming te komen.
De Nederlandse Vissersbond sprong in het gat en kwam met een voorstel waarbij Oost het probleem van West moest oplossen door hectares te leveren. Hierop heb ik maandag 27 september, toen dit speelde, voorzitter Johan Nooitgedagt en Durk van Tuinen aangesproken, maar beide heren zagen dit anders en niet als schuiven met hectares.
Op Lauwersoog ligt het verplaatsen van te sluiten gebieden van West naar Oost nogal gevoelig, omdat bij het ontstaan van Vibeg het zwaartepunt oostelijk lag en er bij het Noordzee-overleg, waar ook gebieden worden gesloten, er ook geschoven is met gebieden van West naar Oost, richting de Borkumer Stenen. Je krijgt soms het idee dat alle problemen kunnen worden opgelost door het naar het oosten te verplaatsen. Ook bij de NVB krijgen wij om de Oost soms het gevoel dat er verschillende soorten leden zijn en dat Den Oever belangrijker is dan Lauwersoog.
Maar om toch te zorgen voor een gedragen visserijvoorstel, gaan de oostvissers (Lauwersoog, Usquert) alsnog akkoord met het NVB-voorstel, zodat deze kan worden ingediend tijdens het overleg van de Stuurgroep op 30 september. Uit de notulen van de Stuurgroep VisWad lees ik dat de meerderheid van deze stuurgroep, voor het Oostwad, bij Rottum, nog mee kon gaan in het visserijvoorstel, maar dat het voorstel voor het Eierlandse Gat buiten de vastgestelde ecologische doelstellingen en afspraken was.
Omdat de visserij, bij monde van Johan Nooitgedagt, zei geen mandaat te hebben voor aanpassingen bij het Eierlandse Gat werd uiteindelijk gekozen voor het voorstel van Programma Rijke Waddenzee, zodat zowel de vissers van West als Oost geconfronteerd worden met een sluiting die niemand wil, terwijl het leed verzacht had kunnen worden door akkoord te gaan met een compromisvoorstel met acceptatie van het visserijvoorstel voor het gebied bij Rottum en sluiting van het Eierlandse Gat pas per 1 januari 2023. Nog even lucht dus en misschien toch nog tijd om te onderhandelen.
Hiervoor is echter niet gekozen en je kunt je er druk om maken, of druk maken over het imago, of over Mohammed, de hengelende schrijver.
Mohammed maakt zich in ieder geval niet druk. Hij stuurt een foto uit Marokko, zorgeloos dobberend in een kano op de Middellandse Zee met een pas gevangen dorade stervend op z’n schoot.
Henk Buitjes,
ZK 37
Schone box, of niet? Met de hand van NRC-columnist Mohammed Benzakour.
Uitleg aan onder andere Matthijs Seijlhouwer en Bram Streefland van LNV en Anne-Floor van Dalfsen van MSC.
De nieuwe Luyt-Lieren voor de ZK 92/toekomstige ZK 37.
Bron: Visserijnieuws