In juni 2023 maakte minister Adema bekent dat het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) 30 miljoen euro beschikbaar stelt voor bedrijven aan wal die aan visserij zijn gerelateerd en voor visserijgemeenschappen om zich aan te passen aan de gevolgen van de krimp van de bestaande visserij. Hiervoor moest het Bestuurlijk Platform Visserij (BPV) van gemeenten en provincies met een samenhangend Visserij Ontwikkelingsplan (VOP) komen, op basis van plannen en initiatieven in vijf regio’s: Noord Nederland, Kop van Noord-Holland, Hollandse Kust, Zuidwest Nederland en Urk. In lijn met de visie op Voedsel uit zee en grote wateren, die vorige week bekend is gemaakt, ziet minister Adema het belang om in een brief aan de Tweede Kamer toe te lichten wat de stand van zaken is in het proces van het VOP.
Voor wie is het VOP bedoeld
De financiële bijdrage is bedoeld voor ketenbedrijven, zoals visafslagen en –verwerkers, scheepswerven en visserijcoöperaties om zich aan te kunnen passen. Ook komt er aandacht voor behoud van de identiteit en werkgelegenheid in gemeenschappen waar families al generaties aan de visserij zijn verbonden. De € 30 miljoen komt uit de € 199 miljoen die het kabinet eerder al reserveerde in het Klimaatfonds voor maatregelen voor o.a. aanpassingen van de visserij en voedselvoorziening en de keten en gemeenschappen.
Proces rondom Visserij Ontwikkelingsplan
De minister meldt in zijn brief dat sinds de zomer van 2023 in een bottom-up proces voorstellen en plannen in het VOP tot stand zijn gekomen. Hierbij was ook oog voor samenhang tussen de voorstellen om uiteindelijk te kunnen komen tot één landelijk plan.
De eerste inventarisatie leidde tot veel plannen, waarin keuzes gemaakt moesten worden. Uiteindelijk heeft dit geleid tot één samenhangend VOP ter waarde van € 30 miljoen. De minister geeft aan in zijn brief dat met het VOP wordt ingezet op een robuuste en duurzame keten die klaar is voor de toekomst, behoud van voor de visserij en visserijketen cruciale kennis en het faciliteren van innoverende technieken en ontwikkelingen in de sector. Het VOP sluit daarmee aan bij de doelen van de voedselvisie.
Inhoud van het VOP
Het VOP bevat zowel een landelijk overkoepelend verhaal als vijf regionale deelplannen en twee terms of reference voor bovenregionale onderwerpen (vernieuwingsimpuls visserijonderwijs en beleving). De regio’s zijn: Urk, Zuidwest Nederland, Kop van Noord-Holland, Hollandse Haringkust en Noord-Nederland. Het VOP valt uiteen in drie duidelijke richtingen, die lokaal hun eigen inkleuring zullen krijgen in de regio-plannen en projectvoorstellen:
- Er zal geïnvesteerd worden in de afslagen en er wordt een stap gezet in de versterking en verbreding van de verbinding van afslagen met visclusters in een logistiek centrum en/of marktplaats met eerstelijns verwerking van diverse, verse vis.
- Er wordt ingezet op het faciliteren van innovatie rondom de visserij en het verwerken van vis en de versterking en ontsluiting van de sociaaleconomische verbinding van visserijgemeenschappen met de visserij.
- De terms of reference voor onderwijs en beleving zullen in de komende maanden worden uitgewerkt tot volwaardige plannen. Voor het visserijonderwijs staat een vernieuwingsimpuls centraal, in samenwerking met de regio’s, Rijk, visserijscholen en andere stakeholders. Het belevingsplan zal zich richten op de verbinding tussen de regio’s met betrekking tot beleving van de visserij en de verbinding leggen met de visserij van verleden, heden en toekomst.
Vervolgtraject
De komende maanden zullen de regio’s hun projecten verder uitwerken. De insteek van de minister is om halverwege 2024 tot afspraken in een convenant te komen en vervolgens daarna over te gaan tot het leveren van een financiële bijdrage, waarna gestart kan worden met de uitvoering.
U kunt hier het Visserij Ontwikkelingsplan lezen.
Voor meer informatie
Contact opnemen met het team Nederlandse Vissersbond via T 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl, vragen naar Johan K. Nooitgedagt.