De Nort Sea Advisory Council (NSAC) heeft op 2 en 3 november een symposium gehouden in Kopenhagen over het onderwerp choke species. Het begrip choke species is ontstaan in relatie tot de implementatie van de aanlandplicht.
Choke species kan in het Nederlands worden vertaald als een verstikkende soort voor de visserijsector. Een soort die wordt gevangen terwijl daar quotumtechnisch geen ruimte voor is. Zo’n verstikkende soort ontstaat bij de mismatch tussen vangsten van een visserijsector en de aanlandmogelijkheden veelal in de vorm van een TAC (total allowable catch).
NSAC symposium
De Nederlandse Vissersbond heeft deelgenomen aan het door NSAC georganiseerde symposium in Kopenhagen over verstikkende soorten. Verder waren andere visserijorganisaties uit de omringende Noordzee lidstaten, overheden, NGO’s en onderzoeksinstituten aanwezig. In twee dagen werden meer dan een tiental presentaties gegeven over het onderwerp. Enerzijds om informatie te delen met elkaar, anderzijds om elkaar te wijzen op de grote problemen omtrent de implementatie van de aanlandplicht en na te denken over oplossingen.
Visserijpraktijk
Het was een veelgenoemd argument door de visserijsector tijdens dit symposium: de problematiek omtrent de aanlandplicht komt voort uit het feit dat de sector zich moet aanpassen aan theoretische wet- en regelgeving. Een nieuwe wet- en regelgeving die zich in de praktijk niet heeft bewezen en waar de sector uiterst sceptisch over is. Het beleid dat de afgelopen jaren is gehanteerd zal altijd voor enige verbetering vatbaar zijn geweest, maar door inzet van de sector heeft dit tot gezonde visbestanden in de Noordzee geleid.
Gemengde visserij
De demersale visserij op de Noordzee wordt gekenmerkt als een gemengde visserij. Om in oplossingsrichtingen te denken voor de choke species zullen we verder moeten kijken dan de tot op heden individuele TAC-benadering. In een gemengde visserij moeten vissoorten die worden gevangen in relatie tot elkaar staan. De huidige situatie omtrent het quotum voor rog, tarbot en griet is hier een onmiskenbaar en pijnlijk voorbeeld van.
Flexibiliteit
De problematiek rond de aanlandplicht is op te lossen als de regelgeving flexibeler zou worden geïnterpreteerd, aldus de inbreng van meerdere visserijorganisaties. Denk hierbij met name aan uitzonderingen op de aanlandplicht – bij enige mate van overleving – van discards. Of wanneer aangetoond kan worden dat een bepaalde visserij niet selectiever kán vissen.
De Nederlandse visserijsector met verschillende projecten bezig met deze opgave. Ook kwam aan de orde dat een TAC een evenredige verhoging zou moeten kennen ten opzichte van de discards die worden gerealiseerd. In de praktijk is dit niet het geval en NGO’s en overheden gaven aan dat deze aanpak een weinig kansrijke was. Vanuit het nieuwe Gemeenschappelijk Visserijbeleid bestaat de dringende opgave om de visserijen verder te verduurzamen en vandaar moeten er stappen worden gezet.
Enorme confrontatie
Tijdens het informatieve symposium bleek maar weer eens dat de visies tussen beleidsmakers en de praktijk ver uiteenlopen. Door de regelgeving verschillend te interpreteren ontstaan er verschillende visies over de aanlandplicht, de invoering ervan en bijhorende verstikkende bestanden. De Nederlandse sector gaat door met het aantonen en verbeteren van de overlevingskansen van bijvangst en het testen van netaanpassingen, met als doel de selectiviteit verder te verbeteren. Met deze inzet moet een acceptabele interpretatie van de regelgeving bewerkstelligd worden. Als dat niet gebeurt, zal het ongetwijfeld leiden tot een enorme confrontatie tussen de visserijsector, beleidsmakers en andere belanghebbenden.
Meer informatie?
Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u contact opnemen met Durk van Tuinen, T 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl.