In Frankrijk zijn keurmerken nog niet zo ingeburgerd als in andere landen. Daarom komt de overheid nu met een ‘open’ eigen keurmerk, inclusief accreditatieprogramma.
In Frankrijk worden veel meer verschillende vissoorten gegeten dan in andere Europese landen. Dat maakt het moeilijker de verschillende visserijen en vissoorten te certificeren. De bewustwording onder Franse consumenten op het gebied van duurzame visproducten neemt echter snel toe toe. Uit recent onderzoek is gebleken dat 80 procent van de Fransen bereid is meer te betalen voor vis met een duurzaamheidscertificaat.
Kwaliteit en impact
Bij de certificering voor het nieuwe keurmerk kijkt men naar de kwaliteit en de impact die de verschillende visserijen hebben op het ecosysteem, het milieu en de sociale aspecten. Daarbij worden de verschillende fases van het vangst-, verwerkings- en afzetproces onder de loep genomen. Concreter: men bestudeert de milieuvervuiling en het brandstofverbruik in de visserijen en de inspanningen die geleverd worden om dat terug te dringen, arbeidsomstandigheden en de traceerbaarheid van de herkomst van vis en de kwaliteit.
Korte doorlooptijd
Uitgangspunt van het certificeringsproces is een korte doorlooptijd. Van enkele visserijen is bekend dat ze al volgens de uitgangspunten werken; deze komen vrijwel direct in aanmerking voor het nieuwe keurmerk.
Ook voor niet-Franse producenten
Alle visserijen uit alle landen – dus ook Nederland – kunnen een aanvraag doen voor certificering. Na het verkrijgen van het keurmerk volgt periodiek een reassessment om te bepalen of de visserij in kwestie het keurmerk mag blijven voeren. Het productiecertificaat moet om de vijf jaar opnieuw worden beoordeeld. Bij integrale keten-accreditatie volgt iedere drie jaar een reassessment. De accreditatie is in handen van een onafhankelijke partij, die onder toezicht staat van agentschap Cofrac.
Meer informatie
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met (0527) 698151 of secretariaat@vissersbond.nl