Vroeger was een mooie waaiersteven bij een schip een icoon voor de sierlijkheid. De lijn van een echt schip benadrukt de ´vrouwelijkheid´ van het schip waar je ook verliefd op bent. Nu is alles gericht op functionaliteit. De resultante is als voorschip een (rechte) bijlboeg. Een uitvinding van eigen bodem. De vorm van een bijl die door het water klieft. Mooi is anders, maar dat is persoonlijk.
Grote uitvindingen krijgen pas laat erkenning. De bijlboeg werd in 2000 bedacht door de Delftse scheepsbouwkundige Lex Keuning. De bijlboeg vermindert de Froude-Krylovkrachten. Betekenis: weinig volume, snijdt door de golven en minder stuiteren op de golven. Combinaties maken vooruitgang op vooruitgang met als doel: minder weerstand, lager energieverbruik. Dat zijn veel leermomentjes voor de prachtige scheepsbouw. Minstens zo belangrijk is het achterschip.
Het is nooit anders geweest
Stilstand is achteruitgang. Ik ben de vijfde generatie en telg van een geslacht waar ondermeer schaatsen werden gemaakt. Vroeger, tijdens de winter, was het echt vriezen of dooien. Geen winter, dan bleven de pakhuizen vol. Strenge winter, dan was het lege pakhuizen, neen verkopen aan winkeliers en balen dat de voorraad niet groter was. Kortom, een moeilijke markt.
Een mooi voorbeeld van een onvoorspelbare markt van vraag en aanbod zonder stuur. Dat stuur kwam in zicht met de kunstijsbanen. De technische ontwikkeling ging van houten schaatsen (houtjes), naar noren met lederen schoen (of plastic schoen uit Japan) en naar uiteindelijk de niet meer weg te denken klapschaats. De klapschaats werd op de Vrije Universiteit ontwikkeld en kwam van bewegingswetenschapper Gerrit Jan van Ingen Schenau (1944-1998), hoogleraar Biomechanica. Gerrit Jan was zelf een fervent schaatser (zoals veel vissers dat vroeger ook waren). In 1983 onderzocht hij via camerabeelden op het WK schaatsen voor vrouwen hoe het kon dat Oost-Duitse dames zo snel waren op de ijsbaan en (bijna) alles wonnen.
Gerrit Jan speculeerde dat een schaatsschoen met een losse hak en scharnierend ijzer een oplossing kon zijn, want dan hoefde de gewenste krachtige enkelstrekking niet onderdrukt te worden. Voor instrumentmakers is zo’n ingreep een klein kunstje. De klapschaats was geboren. Het zou tot midden jaren 1990 duren voordat topschaatsers zich waagden aan het nieuwe fenomeen. De echte doorbraak kwam in 1997 bij het EK schaatsen waar goud werd gehaald op de klapschaats en de hegemonie van de gevestigde orde werd doorbroken. Iedereen wilde opeens klapschaatsen en zie nu het resultaat. Waarom dan toen pas?
Innovatiekrachten
Er is vanuit de visserij veel kritiek op de blijvende stroom windmolenparken op de Noordzee. Dat is terecht want het neemt ruimte in die anders voor de visserij beschikbaar is. Ook is er kritiek op alternatieve bronnen zoals de aanleg van grootschalige aquacultuur voor zeewier. Het is moeilijk vol te houden dat er kritiek op ‘alles’ is want één ding staat vast. Verandering zal altijd doorgaan en dat is het lot van vrij ondernemerschap, mits men voldoet aan de vergunningen en het algemeen maatschappelijk denken over de ‘vooruitgang’ en de behoefte. Dat is democratie en daar mag iedereen z’n eigen gedachten over hebben. Vaststaat dat energie en food nog meer extra aandacht verdienen omdat we ‘blijvend vooruit willen kijken’. Dat is ook de reden om blijvend te moeten leren van alles wat los en vastzit. Dat is het lot van vrij ondernemerschap.
Vis en bladgroenten
Een moderne stadsboerderij gebruikt een zogenaamde hydrocultuur om de vis en planten in een samenwerkend systeem te kweken. De vissen produceren tijdens hun leven water vol afvalstoffen, die voeding bieden voor planten. De planten filteren het water, waarna het weer de vistanks in kan. De producenten mikken op een vis- en groenteprijs die overeenkomt met biologische producten.
Er zit een grote denkkracht achter de ontwikkeling van het ‘nieuwe’ eten en dan vooral kweek.
Veel sectoren lijken op elkaar: ‘Stilstand is achteruitgang’. Het is blijvend leren en daarom zal er steeds een hoop veranderen op basis van innovaties en doorbraken………zeer zeker ook voor de visserijsector.
door Johan K. Nooitgedagt
Deze column verscheen eerder in Fishtrend