Het Ministerie EZ (Visserij) heeft onmiddellijk een werkgroep gemaakt om de gevolgen van het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de EU in kaart te brengen. Totdat het VK formeel een beroep doet op artikel 50, zal de visserij regelgeving blijven zoals het was. De toegang van de EU vloten naar de Britse visgronden kunnen deel uitmaken van een definitief compromis, maar niets is zeker totdat het zover is. Brexit betekent niet automatisch dat de visserijregelgeving voor het VK eenvoudiger gaat worden. Dit heeft te maken met de Sea Fish (Conservation) Act van 1967. Deze nationale VK wetten zijn nauw verweven met de regelgeving van de EU. Om een voorbeeld te geven: de aanlandplicht komt feitelijk uit het VK op voorspraak van een aantal prominente TV-koks. Toch lijkt het onwaarschijnlijk dat het VK gewoon door kan gaan op dezelfde voorwaarden als het EU-lidmaatschap. Dat maakt de toekomst voor de visserij van het VK en EU-lidstaat Nederland meer onzeker dan voorheen, met name op het gebied van de toelaatbare visserijtechnieken. Het zal een kwestie van ordinair onderhandelen zijn en daar zijn altijd politieke zwaargewichten voor nodig. Binnen twee jaar weten we meer, maar pas op het allerlaatste moment.