Als het nieuwe kabinet in Brussel op niveau wil acteren, is een krachtige en nuchtere Minister voor Landbouw, Visserij, Natuur en Voedsel onmisbaar.
In een onzekere wereld is voedselzekerheid van levensbelang – naast voedselveiligheid en voedselkwaliteit. Nederland is de tweede agrarische exporteur ter wereld en is een topland op het gebied van visserij en aquacultuur. Het Nederlandse beleid op het gebied van voedsel en visserij wordt in Brussel uitgezet. “En dan geen eigen minister voor voedsel? Ondenkbaar!” blikt Europarlementariër en EP-visserijcommissielid Annie Schreijer-Pierik vooruit naar de nieuw te vormen regering in Nederland.
Het lijkt erop dat er in de Nederlandse samenleving een beweging is naar meer erkenning voor onze voedselproducenten.
“In een onzekere wereld vol conflicten worden we geconfronteerd met beelden van voedseltekorten en met nieuws over fraude met voedsel uit andere landen. Veilige Noordzeevis, zonder risico op antibioticaresistentie zoals bij kweekvis, wordt geoogst uit onze Noordzee. Dat weten burgers te waarderen. Dat merk ik ook in contacten met burgers. De vanzelfsprekendheid van overvloedig veilig voedsel lijkt verdwenen in de gedachten van veel mensen. Daarnaast draagt ook het gepolariseerde debat over onze voedselproductie eraan bij dat mensen bewust een standpunt innemen.”
En in breder perspectief?
“In Europa is voldoende voedsel topprioriteit. Daarom hebben we ook het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en het Gemeenschappelijk Visserijbeleid. Beide met wisselend succes en de mogelijkheid tot verbetering. Maar er is groot bewustzijn van het belang voedselproductie.”
Sinds duizenden jaren gebruiken we de Noordzee als blauwe akker. In de twintigste eeuw zijn daar andere functies bijgekomen. In het Nationaal Waterplan 2016 – 2021 zijn zes activiteiten aangewezen die van nationaal belang worden geacht. Wel olie en gas, zandwinning, windparken en marine. Maar geen visserij?
“Vanuit Straatsburg roep ik mijn collega’s in Den Haag op om de visserij op te nemen als activiteit van nationaal belang. Nogmaals: we leven in een onzekere wereld. Voedselvoorziening uit de zee door de visserij, schaal- en schelpdierenkwekers van levensbelang. Het is voor mij onbegrijpelijk dat zij niet van nationaal belang worden geacht.”
Hoe kan dat?
“Waarschijnlijk is dat zo omdat men de genoemde activiteiten als handelingen van ‘dwingend openbaar belang’ onder de Habitatrichtlijn wenst aan te merken. Visserij is juridisch een activiteit die weliswaar als bestaand gebruik van een gebied moet worden aangemerkt, maar als zodanig juridisch niet altijd erkend wordt. Vandaar mijn rapport ‘Land in de knel’ eind 2015, waarin ik al voor bepaalde EU-natuurwetgeving waarschuwde. Voedsel is van levensbelang, een krachtige, innovatieve visserijsector in een Noordzee met gezonde visbestanden en gezonde ecologie ook.”
De visserij wordt verdrongen door gas- en oliewinning maar vooral door de grootschalige realisatie van windparken, zeker als je kijkt naar de plannen van TENNET.
“Ik wil beide belangen niet tegen elkaar uitspelen, maar het is nu eenmaal een feit dat de geplande uitrol van windparken op zee een enorme uitdaging voor onze visserijvloot vormt. Demersale visserij komt hierdoor in de problemen. Er is daarom behoefte aan Europese en nationale coördinatie van de verschillende beleidsdoelstellingen: willen wij duurzame visserij met een eerlijk inkomen voor onze vissermannen en –vrouwen? Dan moet ander beleid daarop worden aangepast.”
Heeft u een voorbeeld?
“Het is voor mij niet verteerbaar dat visserij in Natura 2000-gebieden – zoals de Doggersbank – zwaar ingeperkt worden, terwijl een energiehub-eiland zomaar opgespoten kan worden vanwege het openbaar belang. De impact van de visserij is veel kleiner dan van de grote infrastructurele werken. De duurzame energie-infrastructuur kan en moet ook op zee worden uitgerold, maar dat dient wel in goed overleg met vissers te gebeuren. En ook met kustbewoners en kustgemeenten waar visserij en vistoerisme belangrijke economische takken van sport zijn. Daarbij moet juridisch ook gelden: gelijke monniken, gelijke kappen. Helaas is dat in de nationale uitvoering van de EU-natuurwetgeving niet altijd terug te vinden. Qua duurzame energie pleit ik overigens ook voor andere oplossingen, voordat men windparken aanlegt met alle gevolgen voor visbestanden en natuur van dien. Ik wil dan ook dat TENNET in gesprek gaat met de visserijorganisaties.”
“De impact van de visserij is veel kleiner dan van de grote infrastructurele werken.”
Wat wil het CDA concreet bereiken?
“Onze inzet bij de formatie is om weer een minister vóór landbouw, vóór visserij en vóór voedsel te krijgen. Voedselproductie is niet zomaar een willekeurige economische activiteit. Dat geldt voor boeren, vissers, natuurbeheerders en jagers. Zonder voedsel geen toekomst. Voedselbeleid is van geostrategisch belang. Machtsblokken als China, Rusland onder Poetin, Brazilië en ook de Verenigde Staten hebben een voedselbeleid dat de geopolitieke waarde van voedselzekerheid, van gewaarborgde voedselvoorziening, als uitgangspunt heeft. Zoals gezegd, in een onzekere wereld is voedselzekerheid van levensbelang. Daarnaast zijn wij de tweede agrarische exporteur ter wereld en is Nederland een topland op het gebied van visserij en aquacultuur. En dan geen eigen minister voor voedsel? Ondenkbaar.”
Wat zou dat moeten betekenen voor specifiek de Nederlandse vissersvloot?
“In de Landbouw/Visserijraad van Europese ministers heeft Nederland als lidstaat nu steeds een staatssecretaris als afgevaardigde tussen ‘volwaardige’ ministers. Om in onderhandelingen sterk te staan heb je niet alleen goede argumenten nodig, maar ook een stevige onaantastbare positie vanuit de regering van je lidstaat. In Brussel is de dynamiek van het politieke spel anders dan in Den Haag. Een krachtige bewindsman of –vrouw voor de voedselproducenten – waaronder vissers – is noodzakelijk om compromissen en bijvoorbeeld flexibiliteit te bereiken op EU-niveau. Een man of vrouw met gevoel voor en trots óp onze vissers, die ontbreekt nu vrijwel volledig.”
Gaat dat lukken op basis van de verkiezingsuitslag?
“Ik vertrouw op mijn liberale landbouw- en visserij-‘minded’ collega’s in Den Haag, dat zij hiervoor ook de liberale geesten hier eindelijk rijp maken. Daarbij mogen ze ook kijken naar een omvangrijke ambtelijke staf of weer een eigen departement voor zo’n minister. Maar het gaat om het doel. Het CDA is gestegen, niet in de laatste plaats dankzij een stevig visserij- en landbouwprofiel en zelfs één extra politicus met gevoel voor voedsel. Melkveehouder Maurits von Martels is met voorkeursstemmen gekozen vanaf een onverkiesbare plek 44.”
Dat was toch een reactie op de ellende in de melkveehouderij?”
“De politiek in de Hofstad mag het thema voedselvoorziening niet meer bagatelliseren. Dus ook niet de noodzaak van het behoud van vis- en agroproductie, naast kennisontwikkeling en innovatie. Ook tijdens de huidige verkenningen met GroenLinks niet, want duurzaam oogsten en produceren in ons cultuurlandschap en op onze Noordzee kun je niet verjagen of inperken zonder negatieve gevolgen voor het mondiale klimaat en de biodiversiteit elders te veroorzaken. Ik heb in dit opzicht vertrouwen in de steun van de mogelijke alternatieve coalitiepartij ChristenUnie en een mogelijke constructieve steun- en gedoogpartner SGP, van mijn gewaardeerde collega Elbert Dijkgraaf. Als het nieuwe kabinet in Brussel op niveau wil acteren, is een krachtige en nuchtere Minister voor Landbouw, Visserij, Natuur en Voedsel onmisbaar.”
Klik hier voor het volledige rapport “land in knel”.