Studenten van de universiteit van Wageningen hebben onderzoek gedaan naar de concepten Maximum Sustainable Yield (MSY) en Maximum Economic Yield (MEY) in opdracht van de Nederlandse Vissersbond. De Nederlandse Vissersbond heeft dit onderzoeksonderwerp aangedragen om meer inzicht te krijgen in de voor- en nadelen van zowel MSY als MEY, om zo uiteindelijk te beoordelen welke richtlijn optimaler zou zijn voor de Nederlandse kottervissers.
>> Lees het volledige onderzoeksrapport hier.
Maximum Sustainable Yield (MSY)
Sinds 1970 wordt het Europese visserijbeleid, ook wel het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB) genoemd, opgesteld. In de huidige situatie wordt het GVB ingevuld door een beleid dat gericht is op MSY. MSY richt zich erop om de maximale hoeveelheid vis te vangen binnen de ecologische grenzen. Op deze manier balanceren de visbestanden rond een bepaald niveau waarbij er maximale groei plaatsvindt. De hoeveelheid die er door populatiegroei bijkomt, wordt weggevangen en visbestanden blijven op deze manier constant. De jaarlijkse vangstquota voor vissoorten zijn op MSY gebaseerd.
Maximum Economic Yield (MEY)
Binnen de visserij wordt sinds de jaren 50 al beschreven hoe men het economisch potentieel kan optimaliseren. Dit heeft zich ontwikkeld tot MEY. MEY is een referentiepunt waarbij de winst wordt gemaximaliseerd. Maximale winst wordt behaald op het punt waar het verschil tussen opbrengsten en kosten maximaal is. MEY is een toevoeging op MSY; waar MSY alleen rekening houdt met de biologische component, voegt MEY ook de economische component toe.
Praktijkvoorbeeld MEY
Momenteel is MEY alleen geïmplementeerd in Australië. Meerdere visserijen in Australië gebruiken dit concept, ter bescherming van visbestanden en het verhogen van inkomens binnen de visserij. De beleidsverandering had als consequentie dat de visserij-inspanning verlaagd moest worden wat resulteerde in een reductie van het aantal schepen. Een voorbeeld is de Northern Prawn Fishery (NPF), oftewel de Australische garnalenvisserij. De reductie in visserij-inspanning had als consequentie dat de vloot van 89 naar 55 schepen werd teruggebracht in een tijdsbestek van vier jaar.
De implementatie van MEY in Australië heeft positieve uitwerkingen gehad op de visserij, maar heeft ook de nodige problemen met zich meegebracht. Positieve uitwerkingen waren hogere winsten, een toename in visbestanden en de impact op het milieu werd verminderd. Negatieve aspecten lagen in een reductie in werkgelegenheid en moeite in het managen van MEY, vanwege problemen omtrent het accuraat schatten van data met MEY-modellen. Dat komt omdat prijzen, kosten en visbestanden fluctueren en lastig accuraat zijn te integreren in een model.
MSY versus MEY
In de figuur hieronder is een duidelijk verschil te zien tussen MEY en MSY, waarbij MSY een maximale aanvoer van vis genereert en MEY een maximale winst behaalt.
Bij MEY is de visserij-inspanning lager dan bij MSY. Op dit punt is de visaanvoer lager, maar de prijzen zijn hoger. De extra opbrengsten die worden gegenereerd, zijn precies gelijk aan de extra kosten die worden gemaakt. In economische termen; marginale kosten zijn gelijk aan marginale opbrengsten.
Voor- en nadelen
Wanneer een beleid gebaseerd op MSY wordt vergeleken met MEY, komen er een aantal voor- en nadelen naar voren. Voor dit onderzoek is gekeken naar deze voor- en nadelen op het gebied van vier verschillende aspecten: economisch, ecologisch, milieu en sociaal.
Economie
Vanuit economisch oogpunt heeft de kottervisserij veel baat bij een transitie naar MEY, door een verhoging van de winsten van vissers. Daarnaast is de sector stabieler en beter voorbereid op negatieve economische ontwikkelingen zoals hoge brandstofprijzen of tegenvallende vangsten. Consumenten zijn bij MEY minder gebaat, omdat zij hogere prijzen betalen voor hun vis door een lager aanbod op de markt. Het algemene welvaartsniveau kan hieronder lijden, waarbij de economische winsten (van vissers) niet opwegen tegen de economische verliezen (van consumenten). Een transitie naar MEY maakt de sector vanuit economisch perspectief sterker, maar kost op de korte termijn geld door verschillende implementatiekosten. Daarnaast is er nog een onzekerheidsfactor binnen de modellen. Bestandschattingen vanuit het huidige MSY-beleid zijn al moeilijk te modelleren en een (fluctuerende) economische parameter zoals kosten/prijzen vermoeilijkt dit nog meer.
Ecologie
Vanuit ecologisch oogpunt nemen visbestanden toe onder MEY door een verlaagde visserij-inspanning. Onder deze omstandigheden zijn visbestanden veerkrachtiger doordat het paaibestand groter wordt. Wanneer je een soort overbevist, heeft dat consequenties voor andere soorten binnen de voedselketen. Aangezien er minder vis wordt gevangen, is er minder kans dat het ecosysteem wordt aangetast. Computersimulaties laten zien dat een transitie naar MEY een positief effect heeft op populatiegroottes en biodiversiteit gelet op klimaatverandering.
Milieu
De impact van MSY en MEY gerelateerd aan het milieu is gebaseerd op de indicatoren energieverbruik en uitstoot van broeikasgassen. Omdat de visserij-inspanning bij een transitie naar MEY wordt verminderd, wordt de uitstoot van broeikasgassen, vervuiling en energieverbruik van schepen kleiner. Bij een transitie naar MEY zal dus het energieverbruik en de impact op het klimaat gereduceerd worden.
Sociaal
MEY gaat gepaard met een inperking van de visserij-inspanning en dus een vermindering van het aantal visdagen en/of het aantal boten in een vloot. Bij een inperking van de visdagen per werknemer, houden werknemers meer vrije tijd over en behouden hun baan. Het is nog wel de vraag of dit een realistische oplossing is. In de praktijk is dit nog niet gebeurd in combinatie met MEY, maar kiest men voor inperking van de vloot. Een inperking van de vloot leidt tot baanverlies. Dit kan nadelige effecten hebben op de (geestelijke) gezondheid van betrokkenen en hun familie.
De maatschappij profiteert van stabielere ecosystemen. Ecosystemen kunnen diensten leveren aan mensen, ook wel ecosysteemdiensten genoemd. Ecosysteemdiensten van de Noordzee zijn onder andere welzijn, recreatie en voedselvoorziening. Onder MEY zullen de ecosystemen stabieler zijn, wat gunstiger is voor het voortbestaan van deze diensten.
Minimaliseren van nadelen van de transitie naar MEY
Het welvaartsverlies van consumenten dat zou ontstaan bij een transitie, zou geminimaliseerd kunnen worden door de hogere winsten die gegenereerd worden te investeren in innovatiemogelijkheden. Prijzen zijn op de lange termijn geneigd zich te gedragen naar de kosten van productie. Onder deze aanname zouden innovaties die de kosten drukken ervoor kunnen zorgen dat de prijs daalt. Hierdoor zal op lange termijn het welvaartsverlies van de consument geminimaliseerd kunnen worden.
De impact van een achteruitgang in werkgelegenheid kan geminimaliseerd worden door het geleidelijk herstructureren van de vloot, voordat de daadwerkelijke transitie begint. Een eventuele inperking zal dan minder abrupt zijn. Ook kunnen betrokkenen voor een deel gecompenseerd worden met de extra gegenereerde winst uit de sector.
Conclusie
In het verslag zijn de voor- en nadelen van MSY en MEY in kaart gebracht zodat hier een weloverwogen afweging in gemaakt kan worden. MEY richt zich tot het maximaliseren van de winsten voor de kottervissers. Daarbij wordt het visbestand met een lagere visserij-inspanning bevist dan bij MSY wat zorgt voor een betere visbestandsbescherming.
Ondanks dat de winst van de vissers toeneemt bij een MEY-beleid, zorgt de reductie in visserij-inspanning ervoor dat de werkgelegenheid afneemt. Nu zijn er manieren om de nadelen van MEY te verzachten en zijn deze ook beschreven.
Helaas zorgt een gebrek aan praktijkvoorbeelden en onzekerheden in het modelleren van de MEY-situatie ervoor dat het niet altijd duidelijk is wat de uitwerking van dit beleid is. Wel is het interessant om te weten te komen wat de visie is van andere landen op een MEY-beleid.
Meer informatie
Neem voor meer informatie contact op met Johan K. Nooitgedagt of Amerik Schuitemaker via 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl.