De Nederlandse overheid gaat binnenkort het arbeidsverdrag van de International Labour Organization (ILO) dat gaat over leef- en werkomstandigheden aan boord van vissersvaartuigen, de zogenaamde ‘Work in Fishing’ Convention, 2007 (C188), implementeren. Het verdrag stelt eisen ten aanzien van de leef- en werkomstandigheden aan boord, onder andere op het gebied van accommodatie, voedsel, rusttijden, medische zorg, arbeidsovereenkomsten èn maatschapsovereenkomsten, arbeidsomstandigheden en persoonlijke beschermingsmiddelen. De Stichting Sectorraad Visserij is al langere tijd met de Nederlandse overheid in gesprek over de implementering van het Verdrag. Hoewel het Verdrag voor Nederland nog niet van kracht is, zal de wetgeving die het invoert naar verwachting medio november gaan gelden. Dit heeft zeker gevolgen voor Nederlandse kottervissers.
Voor wie geldt het?
Het verdrag is van toepassing op alle vissers en alle vissersvaartuigen die commerciële visserij beoefenen, dus zowel vissers in loondienst als maatschapsvissers. Nederland heeft er echter voor gekozen vissersvaartuigen tot 12 meter lengte voor maximaal vijf jaar uit te zonderen op de verplichte medisch keuring en basisveiligheidstraining na. Voor vissersvaartuigen die groter zijn dan 24 meter èn voor vissersvaartuigen die verder dan 200 zeemijlen uit de Nederlandse kust vissen gaat gelden dat deze door ILT gecertificeerd moeten worden. Voor vissersvaartuigen die binnenkomen in havens van kuststaten die het verdrag al hebben ingevoerd, start ILT met de inspecties op 1 september a.s. (zie ook hierna onder “Certificering”).
Andere landen gingen ons voor
Sinds 2017 is het verdrag namelijk al van kracht in Estland, Frankrijk, Litouwen, Marokko en Noorwegen. Vanaf januari 2020 geldt dat ook voor het Verenigd Koninkrijk. Nederlandse vissers die in havens van deze landen binnenkomen, kunnen daar al gecontroleerd worden op naleving van de voorschriften van het verdrag, ondanks dat Nederland het nog niet heeft geratificeerd. Deze zogenaamde ‘havenstaatcontroles’ dwingen Nederlandse vissers dus nu al om aan het verdrag te voldoen. In 2017 hebben wij hier al een artikel over geschreven en ook op Vistikhetmaar, het digitale platform van de Stichting Sectorraad Visserij, is destijds al een kennisdossier hierover aangelegd.
Wat belangrijk is
Bij een havenstaatcontrole (Port State Control) wordt onder andere gekeken naar:
◾Actuele bemanning lijst (IMO Crew List formulier)
◾Kinderarbeid: bemanningsleden moeten hun paspoort bij zich hebben
◾Bewijzen van medische geschiktheid (keuringsdocument)
◾Bemanningscertificaat en vaarbevoegdheidsbewijzen
◾Gedocumenteerd werkschema met ten minste 10 uur rust per etmaal / 77 uur rust per week. Voor vissers in loondienst gelden extra eisen, namelijk dat deze 10 uur in niet meer dan twee perioden mag worden opgesplitst waarvan er één minimaal 6 uur aaneengesloten moet zijn èn dat het gemiddelde aantal arbeidsuren per week, gemeten over 12 maanden, niet meer bedraagt dan 48. Vanaf 15 november a.s. gelden die aanvullende eisen ook voor maatschapsvissers die aan boord samen met vissers in loondienst werken. Daarbij moet gedacht worden aan uitzendkrachten, zoals Filipijnse, die in loondienst zijn bij een uitzendbureau.
◾Kopieën maatschapscontracten of (collectieve) arbeidsovereenkomsten. Er kan ook gevraagd worden naar betaalbewijzen voor deelloon en loon.
◾Als gebruik is gemaakt van een bemanningsbureau (“crewing agent”, “manning agent”) of een uitzendbureau, moet worden aangetoond dat dit bureau bonafide is.
◾Hoe medische zorg aan boord is geregeld (inclusief certificaten).
◾De aanwezigheid van een actuele risico-inventarisatie en –evaluatie (RI&E).
◾Certificaten basisveiligheidstraining voor alle vissers aan boord
◾Kopieën verzekeringsbewijzen SFM (maatschap vissers)
◾Kopie polis of verzekeringsbewijs Protection and Indemnity (P&I) of vergelijkbare aansprakelijkheidsverzekering
Certificering
De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) gaat Nederlandse vissersvaartuigen controleren of ze aan de voorschriften van het verdrag voldoen en als dat het geval is ook certificeren. Het betreft de schepen genoemd onder het kopje “Voor wie geldt het?” hierboven. Een certificaat is een bewijs dat een vissersvaartuig voldoet aan het verdrag maar het sluit niet uit dat tijdens havenstaatcontroles alle eerdere genoemde bewijzen moeten worden overgelegd.
Alle vissersvaartuigen die langer dan drie dagen op zee blijven en die:
- een lengte hebben van 24 meter of meer; of
- normaliter meer dan 200 zeemijlen uit de kustlijn van de vlaggenstaat of buiten de buitengrens van zijn continentaal plat varen, naargelang welke afstand van de kustlijn het grootst is;
moeten een certificaat aanvragen bij de ILT.
In eerste instantie zal ILT de vissersvaartuigen die nu al onderworpen kunnen worden aan een havenstaatcontrole (in het buitenland een haven aandoen) gaan controleren en certificeren. De Stichting Sectorraad Visserij zal een lijst aan ILT overhandigen om welke vissersvaartuigen het gaat. Deze vissersvaartuigen worden door ILT benaderd om zich te laten certificeren maar ze moeten in ieder geval voor 1 september 2019 aangemeld zijn. Dat kan door zelf een mail te sturen naar visserij@ilent.nl. Vermeld daarbij het vismerk en geef aan of het schip buitenlandse havens aandoet. Na 1 september 2019 ontvangt u een aanvraagformulier en wordt een inspectie ingepland.
De overige vissersvaartuigen kunnen zich ook al aanmelden voor certificering door ILT. Binnen een jaar na de inwerkingtreding van het Verdrag dienen alle genoemde vissersvaartuigen gecertificeerd te zijn. Vissers zijn hier zelf verantwoordelijk voor.
Eisen aan accommodatie
Het Verdrag stelt nieuwe eisen aan de accommodatie voor de bemanning van nieuw te bouwen of ingrijpend te verbouwen vissersvaartuigen. De scheepsbouwers dienen hiermee bekend te zijn. Een knelpunt dat zich voordoet is dat er meer ruimte nodig is voor de bemanning maar dat dit ten koste kan gaan van de ruimte voor visverwerking en opslag als de eigenaar niet over vrij tonnage beschikken kan.
Overleg overheid en sector
De Stichting Sectorraad Visserij waarin de Redersvereniging voor de Zeevisserij, CNV Vakmensen, VisNed en de Nederlandse Vissersbond verenigd zijn, voert al jaren overleg met de Nederlandse overheid over de implementatie van het Verdrag. Afgelopen maand nog vond er in Utrecht een overleg plaats tussen de ILT en de Sectorraad. Een aantal zaken moet nog worden geregeld voordat het Verdrag kan worden geratificeerd. Ment van der Zwan, voorzitter van de Sectorraad, vat het als volgt samen: “Het overleg tussen de sector en de verschillende departementen van onze overheid heeft erg veel tijd in beslag genomen. De sector is daar al in 2010 mee begonnen. Dat overleg werd bemoeilijkt juist doordat de visserij wordt ‘bestuurd’ door zoveel verschillende overheidsorganen. De gemoederen raakten soms flink verhit, maar uiteindelijk zijn er wetsvoorstellen gepresenteerd die de kritische beoordeling door de Raad van State met vlag en wimpel hebben kunnen doorstaan. Het woord is nu aan onze volksvertegenwoordiging, die eerst nog op vakantie is gegaan… Het werk is overigens nog niet af, want er wordt nog druk gesleuteld aan de ‘lagere’ regelgeving, zoals het Arbeidstijdenbesluit vervoer en de Regeling zeevarenden, en ook daarover wordt de sector geconsulteerd.”
Voor meer informatie
Kunt u contact opnemen met Johan Nooitgedagt, Derk Jan Berends of Johan Baaij, T 0527 69 81 51 of secretariaat@vissersbond.nl.