In de rubriek ‘Op de brug bij…’ maken we nader kennis met een lid van de Nederlandse Vissersbond, om meer te weten te komen van de persoon achter de visser. In deze editie komt Texelaar Jan van der Vis aan het woord.
We spreken Jan van der Vis van de TX-36 ‘Jan van Toon’ op het goede moment, nog net voordat er niet alleen op zee maar ook thuis woeligere tijden komen. Zijn vriendin Mariëlle en hij verwachten binnen drie weken hun eerste kindje. Gelukkig is daar vader Jaap om het roer van de TX-36 over te nemen rond de uitgerekende datum…
Jan van der Vis (34) is schipper en woonachtig in Oosterend op Texel. Hij drijft als mede-eigenaar samen met zijn vader één van de meest innovatieve visserij-ondernemingen van ons land. Het kloppend hart van dit bedrijf is de TX-36 ‘Jan van Toon’: bouwjaar 2000, lengte 42,35 meter en een vermogen van net onder de 2.000 pk.
Amerikaanse oldtimers
Meestal zit Jan aan het roer, maar een paar weken per jaar neemt zijn vader het roer over. Dan heeft Jan tijd voor zijn privé-activiteiten, zoals vakantie en dan nu de komst van de kleine. En voor zijn andere passie: Amerikaanse oldtimers. “Mijn vader begon ermee, met een Corvette uit 1969. Ik ben besmet geraakt en heb er nu drie. Alle drie Chevrolet model Bel Air, bouwjaar 1955, 1956 en 1957. Eentje rijdt. De andere twee ben ik aan het opknappen. Ik heb die auto’s zelf in Amerika gekocht en per container naar Nederland laten verschepen.”
Familie Van der Vis, pioniers van de zee
De familie Van der Vis zijn echte pioniers van de zee. Jan zegt daarover: “We zijn de eerste kotter die commercieel vist met de pulswing. Dat is de combinatie van de sumwing met een pulstuig, die we samen met Harmen Klein Woolthuis hebben ontwikkeld. We vissen voor 95 procent in Britse wateren op tong. Ja, met de Brexit zijn dat dus spannende tijden.”
Stokje overdragen
De Noordzee trok Jan al van jongs af aan. Als zesjarige jongen mocht hij voor het eerst mee met vader naar zee. Zijn vader runde het visserijbedrijf destijds samen met Jans oom. Inmiddels heeft die het stokje overgedragen aan Jan. “Mijn oom is weliswaar geen mede-eigenaar meer, maar niet minder betrokken. Als wij de haven binnenlopen, staat hij al te wachten op de kant.”
Afwisseling en verrassing
Wat maakt het vissersberoep zo aantrekkelijk? “Dat is de afwisseling en verrassing. Elke dag is anders op zee. Dan is het spiegelglad, dan is er storm. Soms vraag je je dan af waar je het toch voor doet, maar de andere dag is het weer goed. Zeker als je een mooie besomming maakt. Ik zoek de afwisseling graag op, op zoek naar nieuwe visbestekken op onbekend terrein. En dat brengen we dan zo nauwkeurig mogelijk in kaart.”
David en Goliath
Nadelen zijn er ook als je visser bent. “Het is gewoon lastig om te ondernemen, daarom stellen wij investeringen uit. Het zijn onzekere tijden, de visserman wordt op veel terreinen teruggedrongen. Op plaatsen waar ik veel vis, varen nu de survey-schepen die de bodem in kaart brengen voor de aanleg van windmolenparken. We kunnen nu zien wat er op ons afkomt. Tel daar de gesloten gebieden, de nieuwe natuurgebieden zoals de Klaverbank en de Engelse banken bij Norfolk, bij op en je weet dat over een paar jaar de hele vloot op een kluitje moet vissen op wat er nog over is van de zee voor de visserij. Als visserij kunnen we dat niet tegenhouden, het is een David en Goliath-situatie.”
Inspiratiebron
De persoon die voor Jan echt een voorbeeld en belangrijke inspiratiebron is , is zonder twijfel vader Jaap. “Het is echt een man van weinig woorden, maar als het puntje bij het paaltje komt laat hij echt wel weten hoe hij erover denkt. Hij heeft mij volledig vrijgelaten in mijn keuzes, maar ik wist al jong dat ik naar de zeevaartschool in Den Helder wilde.”
Kantoor op zee
Jan weet waarin een goed visserman zich onderscheidt: “Je eigen visie ontwikkelen en volgen. Je moet niet afkijken bij anderen, maar zelf je plan maken en uitvoeren. Zorg dat je daar de vrijheid voor hebt. Wij zijn bijvoorbeeld altijd scherp op nieuwe ontwikkelingen, nieuwe apparatuur die het ons makkelijker kan maken. Zo is dankzij de satellietverbinding voor mij de kotter ook mijn kantoor op zee geworden, waar ik de boekhouding van ons bedrijf kan bijhouden en andere zaken kan doen.”
Echte bijvangst
De mooiste momenten op zee ervaart Jan in de details. Een mooie zonsondergang bijvoorbeeld is op zee nu eenmaal intenser. Het geeft hem het gevoel van vrijheid, van wind door de haren en vogels die hun kostje opduiken in het kielzog. Ook hier speelt de verrassing mee, soms een vliegtuigbom die boven komt, een kanon of groot houten roer dat waarschijnlijk nog uit het VOC-tijdperk stamt. “Dat laatste is echte bijvangst,” lacht Jan. “En mammoetkiezen, dat vinden veel mensen bijzonder maar vissers kijken daar niet van op. Maar met de puls vangen we die eigenlijk nooit meer.”
Kansen voor nieuwe generatie
Je wordt vader, heb je ook nagedacht welke kansen er zijn voor een volgende generatie? “Het is moeilijk te zeggen. De windparken komen precies daar waar wij vissen. We moeten dus iets met de komst van die windmolens en gesloten natuurgebieden. Maar wat? Wij wachten in elk geval voor we besluiten te investeren in bijvoorbeeld een nieuwe kotter. Stel dat de Brexit betekent dat we niet meer met de puls mogen vissen. Dan is er geen weg terug naar de traditionele boomkor. Met de puls zitten we nu op 10 à 11 ton brandstof per week, met de wekkerkettingen ga je terug naar 27 ton.”
Out of the box
“Ik ben en blijf absoluut optimistisch. Het liefst blijf ik doorvissen op de manier waarop het nu gaat. Misschien dat we met andere soorten visserijen wel rond windmolens kunnen vissen, hoewel het wel intimiderend is als je een beetje in de buurt van die enorme molens vaart. In elk geval moeten we out of the box blijven denken om een toekomst te houden.”
Quotumzaken
Wat betekent de Nederlandse Vissersbond voor jou? “We zijn nu bijna drie jaar lid en ik merk dat ze de zaken goed op orde hebben. Zoals de quotumzaken, als we vragen hebben dan zoekt Jacob Snoek het snel en goed voor ons uit. De medewerkers zijn geregeld in de haven. Dat persoonlijke contact stellen leden ook zeer op prijs. Voor de Nederlandse visserij als geheel is het jammer dat er twee partijen zijn die onze belangen verdedigen. Ik zou zeggen: kijk waar de mogelijkheden liggen om nauwer samen te werken, om meer als één blok naar buiten te treden.”