Op het moment dat wij Frank Rotgans spreken, ligt zijn kotter WR-143 voor de kant. Het visserijbedrijf maakt gebruik van de stilligregeling die door de overheid is ingevoerd om de visserijsector door de coronacrisis te helpen. Ondanks dat er al weken niet gevist wordt, gaat het werk aan de wal gewoon door. “We maken van de nood een deugd en plegen het nodige onderhoud aan onze kotter”, vertelt Frank.
FRANS NAN
Samen met zijn broer Mark bestiert Frank de WR-143 ‘FRANS NAN’. Een 300 pk kotter van 22 meter lang die vernoemd is naar beide opa’s. “Mijn ene opa viste op garnalen en mijn andere opa op paling”, vertelt Frank. Zijn vader vist nog steeds op paling. Toch lonkte de garnalenvisserij meer voor de broers.
“Na een jaar ben ik gestopt met school”
“Ik was veertien jaar toen ik op de WR-106 ben gaan varen. Op mijn vijftiende ging ik naar de visserijschool in Den Helder, maar dat was niks voor mij. Na een jaar ben ik gestopt met school en weer op de WR-106 gestapt. Op mijn twintigste heb ik alsnog het SW-6 diploma gehaald op de zaterdagschool op Urk”, legt Rotgans uit.
WR-77
Jarenlang voer Rotgans op verschillende Wieringer kotters, zoals de WR-213, WR-19, WR-88 en WR-22. Ervaring genoeg, maar zijn grote droom om een eigen kotter te bevaren bleef knagen. Uiteindelijk kocht Frank samen met zijn broer in 2015 de garnalenkotter WR-77. “De WR-77 was een oude kotter uit 1960, maar wel altijd goed onderhouden”, blikt Rotgans terug. Achteraf bleek het een gouden tijd om een schip te kopen. “De schepen waren relatief goedkoop en 2015 en 2016 waren goede jaren voor de garnalenvisserij”, aldus Frank.
Gouden tijd
Met de WR-77 hebben de gebroeders Rotgans twee hele mooie jaren gevist en veel geld verdiend. In 2017 gingen Frank en Mark op zoek naar een nieuwere kotter. “Er kwamen in die tijd best wat schepen te koop. We kochten uiteindelijk de WR-50. Deze kotter was altijd als garnalenkotter in de vaart geweest, was nieuwer (2001) en had een grotere accommodatie”, vertelt Rotgans.
“Vorig jaar hebben we zo’n tien weken op tong gevist”
Waar in 2018 de vangsten en opbrengsten erg goed waren, viel dit in 2019 tegen. Voornamelijk de visserijbeperkingen hadden invloed op de vangsten en inkomsten. “We hebben toen contact gezocht met oud-visserman Han IJpma om de mogelijkheden voor tongvisserij te bekijken. Han heeft ons geholpen met de aanschaf van het benodigde materiaal en het ophangen van de netten. Vorig jaar hebben we zo’n tien weken op tong gevist”, vertelt Frank.
Spreiden van risico’s
“Als het nu rendabeler is om een week op tong te vissen, dan schakelen we om. Daardoor zijn we minder afhankelijk van de garnalenprijs of opgelegde visserijbeperkingen.” De garnalenvisserij voeren ze voornamelijk uit op de Waddenzee, langs de kust of in de Duitse bocht. Voor de tongvisserij worden de netten uitgezet voor de kust van IJmuiden.
Taakverdeling
Aan boord is de taakverdeling tussen de broers en de zwager helder. “Mijn broer en ik zijn allebei schipper. We varen vier uur op en vier uur af. Om de week is één van ons ‘hoofd-schipper’. Diegene moet onder andere de administratie van die week afhandelen. Onze zwager zorgt voor de verwerking van de vangst op het dek”, legt Frank uit.
Coronapandemie
De eerste week van de coronapandemie in Nederland, herinnert Frank zich nog goed. “Dat was heel onwerkelijk. Op de zee ervoeren wij de vrijheid zoals wij die gewend zijn. Eenmaal aangemeerd, was het rustig aan de wal en zat iedereen in quarantaine. Dat was wel even schakelen voor ons”, blikt Frank terug.
Aanvoerregelingen
Door het sluiten van de horeca en het fors teruglopen van de pelcapaciteit van garnalen, kreeg de visserijsector het flink voor de kiezen. De markt stortte in, de visprijzen daalden. Aanvoerregelingen voor onder andere tong en garnalen waren het gevolg. “In de eerste weken wisselden we – afhankelijk van de aanvoerregeling – de garnalenvisserij en tongvisserij af. Dat ging aardig”, vertelt Frank.
Stilligregeling
Inmiddels ligt de kotter stil en maken de gebroeders Rotgans gebruik van de stilligregeling. In de stilligregeling krijgen Nederlandse kotters de mogelijkheid om maximaal vijf weken stil te liggen tegen een vergoeding. De tijd dat de kotter stil ligt, wil de familie Rotgans nuttig besteden door het nodige onderhoud uit te voeren. “We pakken de kotter grondig aan. We krijgen een nieuwe motor, een nieuwe koppeling, we gaan onze hulpmotoren overhalen en de lieren overhalen”, vertelt Frank.
Gezin
Pratende over de stilligregeling, zegt de vrouw van Frank dat de stilligregeling ook voor haar voordelen heeft. Waar Frank normaliter zondagnacht vertrekt en vrijdagochtend weer thuiskomt, is hij deze weken elke dag thuis. Frank lacht en vertelt trots over zijn gezin. Samen met zijn vrouw heeft hij vier kinderen. Twee dochters van 11 en 8 en twee zonen van 3 en 1. De oudsten gaan geregeld mee op de kotter en ook bij de jongens ziet hij veel enthousiasme voor de visserij.
“Ik weet het allemaal niet hoor”
De gesloten gebieden voor visserij en de opkomende windmolenparken zijn voor Frank een doorn in het oog. Ook de toenemende regelgeving zet hem aan het denken. “Mijn broer en ik gaan wel eens naar een vergadering van de Nederlandse Vissersbond. Als ik daar hoor wat er allemaal op onze sector afkomt, dan denk ik: ik weet het allemaal niet hoor. Als ik een paar dagen later weer op de kotter zit en we varen de vrije zee op, dan merk ik dat het ook wel weer losloopt. Het is maar net hoe druk je je erover maakt”, zegt Frank. Hij is dan ook eerder enthousiast en vol lof over zijn beroep. “Ik vind de visserij echt een avontuur. Elke week is weer een verrassing.”
Nederlandse Vissersbond
Ondanks dat vergaderingen niet altijd de nodige moed geven aan Frank, is hij wel te spreken over de Nederlandse Vissersbond. “Als ik vragen heb, dan bel ik Durk van Tuinen. Hij zet mij door naar de juiste contactpersoon binnen de organisatie. Zo worden onze bemanningszaken geregeld door de Nederlandse Vissersbond en hebben ze ons ook geholpen bij het aanvragen van de stilligregeling. Daar zijn wij erg over te spreken”, aldus Frank.