Op zaterdagmorgen rijd ik het mooie Lemmer in. Het is druk op straat met mensen die de dag beginnen met een fietstocht, de boodschappen en allerlei andere activiteiten. Aan de Willemskade ligt de IJsselmeerkotter LE-23 van Hielke en zijn vader. Aan boord ga ik in gesprek met Hielke over zijn werk en de toekomst hiervan.
Geen tijd
Hielke is 26 jaar en woonachtig in Oosterzee. In zijn vrije tijd is hij graag bezig met voetbal en andere sporten. “Uiteraard ga ik ook graag met mijn vrienden op stap en leuke dingen doen. Verder heb je als visserman denk ik niet veel tijd voor een hobby.” Lacht Hielke.
‘Grietje Gesina’
De LE-23 ‘Grietje Gesina’ is een bijna 17 meter lange kotter, gebouwd in 2002. “Voor op het IJsselmeer hebben wij nog best een groot schip. De meeste zijn rond de 15 meter en een stuk minder breed.” Vertelt de visserman. “Tijdens het palingseizoen van mei tot september vissen we met z’n drieën en de rest van het jaar vis ik eigenlijk alleen met mijn vader. In september zetten we de netten uit om te vissen op snoekbaars en dezelfde fuiken die we normaal voor paling gebruiken zetten we dan neer voor de krabben. Als die fuiken er op 1 januari weer uit moeten vissen we tot het palingseizoen weer begint alleen nog op snoekbaars. En zo wisselt het elkaar allemaal weer af.”
Eigen handel
Voor Hielke was de IJsselmeervisserij een logische stap. “Mijn vader is begonnen met vissen en ik ben er mee opgegroeid. Toen ik klein was ging ik al elke vrije dag mee. Ik heb het altijd een prachtig vak gevonden en dat vind ik het nu nog.” Vertelt Hielke. Ondanks dat heeft hij toch eerst een andere opleiding gevolgd. “Voordat ik serieus ben begonnen met de visserij heb ik eerst een opleiding in de groothandel gevolgd. Achteraf was dit een slimme stap want nu hebben wij met onze kotter onze eigen handel ook opgestart. Zo heb je het hele proces in eigen handen, van visserij tot en met verkoop.” Legt de visserman uit. “Dat maakt het voor mij nog mooier. Het geeft je gewoon een stuk meer zekerheid omdat je eigenlijk van niemand afhankelijk bent.”
Onzekerheden vanuit de overheid
Ook in de IJsselmeervisserij zijn er onzekerheden vanuit de overheid. “Dan heb je 2 jaar rust en vervolgens komen ze weer met allerlei andere problemen. De visserij op het IJsselmeer en het Markermeer is tegenwoordig gewoon goed maar toch willen ze meer beperken.” Vertelt Hielke. “Je bent als IJsselmeervisser trots op hoe goed het soms gaat in beide meren en dat wil je tegen iedereen vertellen, maar je weet tegenwoordig niet wat je wel of niet kunt zeggen. Het verhaal van een visserman wordt tegenwoordig zo makkelijk omgedraaid. Als je zegt dat je veel vangt zeggen ze dat je de zee leeg vist maar als je niks vangt heb je de zee al leeg gevist.”
Toekomst
De toekomst op het IJsselmeer is voor Hielke zeker positief. “De visserij zelf is nu gewoon goed. Er komen vast en zeker weer mindere tijden aan maar daar moet je je zo ver het kan gewoon op voorbereiden. De visserij zelf zie ik nu gewoon positief in maar het is meer de regelgeving die roet in het eten kan gooien. Je weet nooit wat ze weer gaan bedenken.” Aldus de visserman. “Ik neem het bedrijf van mijn vader ook over later dus ik hoop dat het gewoon zoveel mogelijk op deze manier voort te kunnen zetten.”
De Nederlandse Vissersbond
“Het grote papierwerk, zoals vergunningen en dergelijke, laten we altijd door de Vissersbond doen en daar zijn we zeer tevreden mee. We zouden wel graag willen dat ze het IJsselmeer meer als cultureel erfgoed laten zien. Er word al eeuwenlang op de Zuiderzee, nu het IJsselmeer gevist en alle dorpen eromheen zoals Stavoren, Hindeloopen en Makkum zijn gewoon typische vissersdorpen. Daar zijn de dorpen mee groot geworden en daar is het toerisme vaak ook op gebouwd. Ik zou het mooi vinden als ze daar meer op blijven hameren en dat ook de visserij in het gebied meer waardering en misschien zelfs een beschermde status krijgt.”
Voor meer informatie
Contact opnemen met het Team Nederlandse Vissersbond/PO Delta Zuid en vragen naar Bente de Haan via 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl.