Om de week werkt Joost Nieuwenhuize met veel passie als schipper op de flyshootkotter SL-9 van Jaczon/rederij Vrolijk. Deze week is Joost aan wal te vinden waar hij zijn tijd doorbrengt met zijn vrouw en drie kinderen. Voor de rubriek ‘Op de brug bij…’ waarin we nader kennis maken met een lid van de Nederlandse Vissersbond wil hij wel even tijd vrijmaken.
Mosselkotter YE-83
Uit een echte visserijfamilie komt Joost Nieuwenhuize niet, zijn vader was een echte technieker maar niet op zee. Toch heeft hij inmiddels de nodige visserij-ervaring opgedaan. “Toen ik net twintig was ben ik aan boord van de mosselkotter YE-83 gaan werken. Vanaf Yerseke voeren we vaak op zondagnacht naar de Waddenzee waar we mosselzaad opvisten. Het mosselzaad zaaiden we weer op de mosselpercelen in de Oosterschelde of we leverden de consumptiemosselen aan de mosselveiling op Yerseke. Dat was een mooie tijd. Constant met de natuur bezig zijn tussen de zandbanken”, blikt Joost terug.
Om de benodigde visserijpapieren te halen, volgde Joost destijds een aantal jaren op zaterdag de visserij-opleiding. “Dat was pittig. Mijn tip is om eerst alle benodigde papieren en diploma’s te halen voordat je gaat vissen. Maar achteraf heb ik geen spijt dat ik toen heb doorgezet in de weekenden”, aldus Joost.
“Na de eerste werkdag was ik gelijk verkocht. Dit was het echte vissen op zee.”
De zwager van Joost was toentertijd schipper en eigenaar van de ARM-4, waar Joost in zijn vrije tijd regelmatig te vinden was. “Ik had een passie voor mechanisatie. De machinekamer van de ARM-4 was voor mij echt een jongensdroom. Er stond toen nog een Deutz in met 3850 pk”, vertelt Joost. Door zijn zwager werd Joost uitgenodigd om een keer een visreis mee te maken op de ARM-4. “En zo geschiedde. Ik ging als mosselman mee op ‘de 4’ naar zee. Na de eerste werkdag was ik gelijk verkocht. Dit was het echte vissen op zee. De vrijheid, het grove en grote werk. Dat was echt mijn ding.”
Eurokotter SCH-65
Al snel kwam Joost in het vizier van Jaczon en werd hij benaderd om als stuurman/machinist aan boord van de eurokotter SCH-65 te stappen. “Hier hoefde ik niet lang over na te denken. Ik zei gelijk ja”, glundert Joost. “Ik begon in een zeer onstuimige winter. De eerste zes weken ben ik flink zeeziek geweest. Daar moest ik echt doorheen. Later heb ik daar bijna nooit meer last van gehad.”
“Innovatie is nu heel gewoon, maar toen werden wij geregeld scheef aangekeken.”
Door Jaczon werd toen al volop geïnvesteerd in innovatie om duurzamer te kunnen vissen. “Dat is nu heel gewoon, maar toen werden wij geregeld scheef aangekeken. Sommigen begrepen niet waarom wij niet het hele jaar achter de tongen aangingen”, vertelt Joost. “Wij zagen steeds meer mul en inktvis als bijvangst in de Noordzee voorbij komen en de gasolie liep erg hard op, dus besloten wij met de SCH-65 in de wintermaanden in het Frans/Engelse Kanaal te pionieren op mul en inktvis. We hebben de borden eraan gehangen en twee grote cascadeurnetten met een dikke stenenpees erin. Daarmee deden wij de eerste ervaringen op. Dat was best afzien hoor. Vooral met het kapotmaken van de netten, het omgaan van de toen nog zeer opstandige Fransen en het ontdekken van de nieuwe bestekken.”
Flyshooter SL-9
Na een jaar van vallen en opstaan, kwam de SL-9 als re-build in de vaart. Een kotter van 34 bij 8 meter en 4,4 meter diepgang die was overgenomen door Jaczon en werd omgebouwd tot flyshooter. “Toen waren er nog bijna geen flyshooters en wij zagen er toekomst in”, vertelt Joost. “Omdat er in die tijd weinig informatie was over hoe we moesten flyshooten op snelle doelsoorten, besloten we om in een kort tijdsbestek met twee ploegen zoveel mogelijk ervaring op te doen. Ik was de ene week schipper en Eric van Linden de andere week.”
Met de flyshoottechniek vist de SL-9 voornamelijk op rode mul en pijlstaartinktvis. Daarnaast vangen ze ook makreel, wijting en zeekat. Zijn ploeg noemt Joost ook wel gekscherend ‘de gouden ploeg’. “Met drie bemanningsleden zit ik al vanaf januari 2001 op een kotter. We vissen al zolang samen, dan heb je wel het één en ander samen beleefd op zee”, aldus Joost.
“Hoe meer daglicht we hebben, hoe meer we vangen met de flyshoottechniek.”
Het hele jaar rond vist de SL-9 met de flyshootmethode. In de zomer vist de SL-9 op de Noordzee van 4 uur ’s ochtends tot 11 uur ’s avonds. In de winter is de kotter te vinden op Het Kanaal, waar de bemanning werkt van 6 tot 8 uur ’s avonds. “Hoe meer daglicht we hebben, hoe meer we vangen met de flyshoottechniek. In de nacht vangen we niks. Doordat de touwen steeds de grond aantikken ontstaat er een stofwolk waar de vissen bij vandaan zwemmen. In de nacht zien de vissen deze stofwolk niet, waardoor ze door de stofwolk heenzwemmen het net uit”, legt Joost uit.
Een complexe visserij
Eerder viste Joost met zijn ploeg op de SCH-65 op tongen met V-korren, op garnalen, met de twinrig op schol, zwartvis en kreeftjes en met de SCH-20 met span op kabeljauw. De flyshootvisserij vindt Joost toch de meest complexe visserij. “We hebben in het begin een paar mindere jaren gehad. De laatste jaren loopt het weer prima, maar we houden wel in ons achterhoofd dat het ook weer kan omdraaien. Het blijft een rare visserij, waarbij elke trek een verrassing is.” De snelle vis vindt Joost tegelijkertijd ook een uitdaging. “Daar moet je echt op jagen, dat vind ik mooi. Soms kun je de hele dag niks vangen op een plek en dan zit de laatste trek toch weer hartstikke vol. Het blijft onvoorspelbaar”, zegt Joost.
Vooruitkijken met de flyshoottechniek vindt Joost dan ook lastig. “Onze hoofd-doelsoorten zijn één- of tweejarig. Daarom is er ook geen bestandsschatting van en kunnen we dus moeilijker vooruit kijken. Daarnaast zie ik steeds meer flyshooters op hetzelfde bestek vissen. Dat gaat voor ons allen een groot probleem worden, want we hebben voor de flyshoot een vlakke ondergrond nodig en die is beperkt”, aldus Joost.
Verschillende regelgeving per gebied
Ook tegen de verschillende regels loopt Joost aan. “Als flyshooter switchen wij vaak tussen de gebieden 4B, 4C, 7D en 7E. Op elk gebied zit een andere regelgeving qua netten, quotum en vangsten. De regels sluiten niet op elkaar aan en veranderen veel. Hoe goed ik het ook wil doen, het is lastig om daar geen fouten in te maken”, vertelt Joost.
“Ik zou mij graag verder willen verdiepen in de dieselelektrische voortstuwing.”
Toch blijft Joost zijn passie voor het visserijvak behouden en blijft hij zoeken naar nieuwe kansen in zijn vak. “Ik verwacht dat het niet lang meer duurt voordat de gasolie weer hartstikke duur wordt. Daarom zou ik mij graag verder willen verdiepen in de dieselelektrische voortstuwing”, vertelt Nieuwenhuize. “Ook verwacht ik dat de visserij zich nog veel verder kan ontwikkelen in gerichte visserijen waarmee we uiteindelijk zullen inspelen op de van schip-naar-schap-formule. Daarin worden de ketens korter en moeten we aan boord al rekening houden met wat de vraag vanuit de markt is”, aldus Joost.
Wederzijds vertrouwen
Tevreden over Jaczon is Joost na 18 jaar nog steeds. “Het is zeer strak geregeld bij Jaczon. De ploeg aan de wal staat helemaal achter ons en ze denken net zo hard mee als ons. Het wederzijdse vertrouwen is erg goed. Als ik iets nodig heb of wil innoveren, dan krijg ik daar de ruimte voor en weet ik dat ze volledig achter mij staan”, vertelt Joost. En ook het pionieren waar Joost met zijn vaste ploeg ooit mee begon bij Jaczon, wordt nog steeds doorgezet. “Dat blijven jagen achter de inktvis en in de toekomst weer pionieren dat blijf ik mooi vinden.”
Nederlandse Vissersbond
De contacten met de Nederlandse Vissersbond lopen ook via Jaczon, zo geeft Joost aan. Dus vragen we Eric van Linden van Jaczon naar zijn mening over de Nederlandse Vissersbond. “Jaczon is met meerdere schepen lid bij de Nederlandse Vissersbond”, vertelt Van Linden. “Wij zijn erg tevreden over de samenwerking. De lijntjes zijn heel kort. Ik heb bijvoorbeeld geregeld vragen over quotumzaken en regelgeving die ik rechtstreeks bij Jacob of Durk neerleg en waar ik snel een reactie op krijg.” Ook over de belangenbehartiging is Van Linden erg tevreden. “We worden goed op de hoogte gehouden van wat er allemaal gaande is en ook tijdens vergaderingen worden we goed bijgepraat.”