Op dinsdag 26 juni werd onder leiding van Europarlementariër Serrao Santos in het Europees Parlement een workshop georganiseerd over de overlevingskansen van bijvangst in relatie tot de aanlandplicht. De workshop werd goed bezocht door visserijvertegenwoordigers, NGO’s, wetenschappers en medewerkers van Europese politici en instanties. Namens de Nederlandse Vissersbond was Durk van Tuinen aanwezig in Brussel.
Conditie van de vis
Verschillende presentaties over onderzoek dat de afgelopen jaren is uitgevoerd naar de overleving van bijvangst werden gegeven tijdens de bijeenkomst. Edward Schram van Wageningen Marine Research (WMR) presenteerde het Nederlandse onderzoek dat onder leiding van VisNed wordt uitgevoerd in de pulsvisserij. Schram benoemde dat de conditie van de vis de sleutel is om tot de verhoging van de overlevingskans te komen.
Meer wetenschappelijk onderzoek
Evangelie Georgitsi van de Europese Commissie hamerde in haar presentatie op de verbetering van wetenschappelijke data en bewijs. Er zijn belangrijke eerste stappen gezet in wetenschappelijke onderzoeken, maar dit vindt Georgitsi (nog) niet voldoende om een totaalbeeld te schetsen van de overlevingskansen van de gequoteerde soorten die in de demersale visserij per 1 januari 2019 volledig onder de aanlandplicht vallen.
Verschillende benadering rondvis en platvis
Michael Andersen, wetenschapper en werkzaam bij de Deense visserijorganisatie, gaf zijn visie op een hoge overleving. Bij een hoge overlevingskans kan er per vissoort een uitzondering worden gegeven op de aanlandplicht. Er is echter nog geen (wetenschappelijk) antwoord op de vraag wat nu een hoge overlevingskans is. Andersen stelde ter discussie in hoeverre het begrip ‘hoge overleving’ aan een percentage kan worden gehangen.
Volgens Andersen zou een verschillende benadering tussen rondvis en platvis kunnen worden aangehouden en ook zou er gekeken kunnen worden naar de toestand van het betreffende visbestand. Andersen noemde een aanlandplicht voor de rondvis aannemelijk, maar voor de platvis niet omdat dit een ‘robuustere’ vis is met een hogere kans om te overleven na de vangst. Hij sloot zijn presentatie af met het idee om te komen tot een algemene uitzondering voor platvissoorten, behalve als daar onvoldoende grond voor is.
Selectiever vissen
Monica Verbeek, directeur van Seas at Risk, benadrukte in haar presentatie dat het doel van de aanlandplicht is om voedselverspilling tegen te gaan. Het middel daarvoor zou ‘selectiever vissen’ zijn. De implementatie van de aanlandplicht is tussen 2016 en 2019 aanzienlijk vertraagd volgens Verbeek. Tevens bekritiseert Seas at Risk een aantal uitzonderingen die zijn toegezegd aan de visserijsectoren, omdat ze uitgaan van een te positief gepresenteerd wetenschappelijk onderzoeksresultaat. Tenslotte riep Verbeek op dat lidstaten de mogelijkheden moeten gebruiken om quota te ruilen om choke-species te voorkomen, dat er meer inzet geleverd moet worden om selectiever te vissen en dat de beschikbare middelen vanuit de Europese fondsen moeten worden ingezet.
Tijd tekort
Tijdens de discussie werd er door de aanwezige visserijsectoren aangegeven dat het tijdpad van implementatie van de aanlandplicht te krap is geweest. Aanvullend daarop werd afstand gedaan van de beschuldigingen dat de visserijsectoren te weinig zouden hebben gedaan. Er zijn tal van wetenschappelijke studies beschikbaar waaruit blijkt dat de sector zich volledig ingezet heeft, alleen kan er geen ijzer met handen worden gebroken. Michael Park stelde dat het lijkt of we vergeten zijn dat visserij om voedselproductie gaat, in dergelijke discussies worden we steeds verder verwijderd hiervan.
Meer informatie
Neem voor meer informatie contact op met Durk van Tuinen via 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl.