Op 26 mei 2023 heeft de Rechtbank Noord-Nederland te Groningen uitspraak gedaan in het beroep van een viertal NGO’s tegen de reeds verlopen Wnb-vergunning voor garnalenvisserij van Belgische vissers. De Belgische Rederscentrale heeft destijds de Wnb-vergunning namens haar leden ingetrokken, maar desondanks wilden de NGO’s de zaak voor de rechter laten verschijnen omdat er sprake zou zijn van een zogenaamd procesbelang. De uitspraak kan indirect van invloed zijn op de Wnb-vergunningprocedure waarin de Nederlandse garnalenvissers nu zitten. Per 1 oktober aanstaande dienen de Nederlandse garnalenvissers een nieuwe Wnb-vergunning te hebben. Momenteel wordt de visserij gedoogd omdat er tijd is gegeven om aanpassingen te treffen op het gebied van het reduceren van stikstofuitstoot.
Bestaand gebruik
De Nederlandse vissers stellen al jaren dat hun activiteiten in Natura2000-gebieden zouden moeten worden gezien als zogenaamd ‘bestaand gebruik’. Dat betekent feitelijk dat de activiteit er reeds voor de invoering van de betreffende Natura2000 wet- en regelgeving plaatsvond en daarmee een meer beschermde positie verkrijgt. De Rechtbank Noord-Nederland oordeelde dat er geen sprake is van bestaand gebruik en dat de activiteit, de garnalenvisserij in Natura2000-gebieden, in volle omvang beoordeeld moet worden. Garnalenvisserij zou in de loop der jaren aan verandering onderhevig zijn geweest, onder andere doordat gebieden (deels) gesloten zijn en de visserij dus niet over de jaren heen op dezelfde plekken op zee heeft plaatsgevonden. Volgens de rechtbank kan er om die reden niet gesproken worden van een bestaande, en éénzelfde, activiteit. Het bestaand gebruik richt zich naast de impact op de ecologie ook op stikstof, concludeert Rechtbank Noord-Nederland. Op het gebied van stikstof en bestaand gebruik werd deze week echter wel een motie aangenomen die relevant is voor het verdere verloop van het proces, waarvoor dank aan de heren Bisschop (SGP) en Graus (PVV) en mevrouw Van der Plas (BBB).
Bodemberoering door garnalenvisserij
Er is de laatste maanden veel discussie over mogelijke effecten die de garnalenvisserij heeft op de bodem. Daar waar de sector zich richt om te voldoen aan de stikstofvereisten werd onder aanvoering van een ruim tiental NGO’s de kaart bodemberoering maar weer eens gespeeld. Daarnaast speelt de discussie over het zogenaamde actieplan van de Europese Commissie waarmee men van plan is om bodemberoerende visserij uit zogenaamde beschermde gebieden te weren. De garnalenvisserij vindt voornamelijk plaats in deze zogenaamde beschermde gebieden nabij de kust.
In de procedure over de Wnb-vergunning van de Belgische garnalenvissers nam de Rechtbank Noord-Nederland het advies van de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak (STAB) over waarbij men stelde dat uit beschikbare wetenschappelijke onderzoeken blijkt dat garnalenvisserij een klein effect heeft op de zeebodem. Daarbij werd gesteld dat schelpensoort Ensis baat heeft bij de bodemberoering maar dat het ten koste gaat van inheemse soorten en dit zou kunnen leiden tot minder diversiteit.
Verder wordt er in de uitspraak nog aandacht besteed aan de verstoring van vogels en de bijvangst van specifieke soorten door de garnalenvisserij. De uitspraak wordt nog nader bestudeerd door de Nederlandse Vissersbond/PO Delta Zuid en diens adviseurs om een inschatting te maken in hoeverre de uitspraak effect heeft op de uitstaande Wnb-vergunning aanvraag voor de Nederlandse garnalenvissers. De volledige uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland kunt u vinden via deze link.
Voor meer informatie
Contact opnemen met het team Nederlandse Vissersbond/PO Delta Zuid via T 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl, vragen naar Durk van Tuinen.