Het gaat weer beter met de paling (aal) in de Nederlandse wateren. Vissers merken dat doordat ze meer aal vangen en verhandelen, maar ook onderzoekers zien de palingstand toenemen. Dit laatste blijkt uit de afgelopen week gepubliceerde driejaarlijkse rapportage over de palingpopulatie in Nederlandse binnenwateren van Wageningen University & Research (WUR).
Minister Schouten beaamt deze uitslag in haar kamerbrief van donderdag 13 december. Hierin is te lezen dat de maatregelen uit het Nederlandse aalbeheerplan vanaf 2009 hebben geleid tot een substantiële afname van de sterfte. Echter benoemt minister Schouten ook dat de visserijsterfte van aal op het IJsselmeer nog relatief hoog is.
Achtergrond
Sinds de jaren 1980 zijn de glasaalintrek en de aalpopulatie zeer sterk teruggelopen in alle Europese wateren. Daarom heeft de Europese Unie in 2007 maatregelen ingesteld die moeten leiden tot herstel van het palingbestand. Alle lidstaten zijn verplicht om met een aalbeheerplan te werken, waarin is bepaald wat de streefomvang van het bestand is en de nagestreefde uittrek van 40 procent.
In 2009 is Nederland voor het eerst aan de slag gegaan met het aalbeheerplan. Daarin is een streefomvang van het aalbestand in Nederland van 10.400 ton vastgesteld. Daarvan moet 40 procent (4.160 ton) van de schieralen kunnen uittrekken om te paaien in de Sargassozee. In het plan zijn beschermingsmaatregelen opgenomen zoals het verplicht terugzetten van paling door sportvissers, een gesloten aalseizoen voor de visserij, het uitzetten van duurzaam op zee gevangen glasaal in binnenwater en het oplossen van migratieknelpunten bij sluizen, gemalen en andere kunstwerken.
Fors daling visserijsterfte en substantiële toename palingstand
Uit het onderzoek van WMR blijkt dat de sterfte als gevolg van de visserij fors is gedaald en het bestand voor het eerst sinds het in werking treden van het Europese ‘reddingsplan’ is gegroeid. Na een daling van het bestand (2005-2007 nog 6.079 ton, 2008-2010 5.347 ton, 2011-2013 5.258 ton) komt de aalpopulatie over de periode 2014-2016 uit op 6.833 ton. Maatregelen als visserijbeperking, het uitzetten van glasaaltjes en het over de dijk helpen van volwassen paling dragen ongetwijfeld bij aan het voorzichtige herstel van de palingstand. De streefomvang van 10.400 ton is echter nog buiten bereik.
Hoge aal sterfte in kunstwerken
Hoewel de aalvisserij fors is ingeperkt, is de sterfte in waterkrachtcentrales, gemalen en andere kunstwerken onveranderd en onacceptabel hoog. Het terugdringen van het aantal ‘slachtoffers’ is weliswaar onderdeel van het aalbeheerplan, maar commitment van beheerinstanties om de kunstwerken aan te passen lijkt te ontbreken. “Het is makkelijk om de visserij beperkingen op te leggen, maar iedereen moet zijn steentje bijdragen”, zegt Derk Jan Berends van de Nederlandse Vissersbond die in juni de presentatie over het aalrapport bijwoonde.
Situatie in andere lidstaten
De evaluatie van het Nederlandse aalbeheerplan is door minister Schouten gedeeld met de Europese Commissie. De Europese Commissie start dit najaar met een consultatie en eventuele aanpassing(en) van het aalherstelplan. Tot die tijd blijft het huidige Nederlandse aalbeheerplan van kracht.
Meer informatie
Neem voor meer informatie contact op met Derk Jan Berends, T 0527 698151 of secretariaat@vissersbond.nl.
Lees ook over het herstel van het palingbestand in Visserijnieuws van vrijdag 14 september 2018.