‘Het bouwen van windparken op zee moet veel sneller in gang worden gezet’ en het tempo van de bouw moet sterk omhoog. Verder moet de overheid snel nieuwe gebieden aanwijzen voor de bouw van windparken na 2030.
Dat is de kop van het artikel in het Financieel Dagblad en de Telegraaf van deze week. Het betoog komt van een consortium van Nederlandse en Deense netbeheerders, de haven Rotterdam en de Gasunie (bron FD). Het consortium, North Sea Wind Power Hub, heeft dinsdag een reeks haalbaarheidsstudies gepubliceerd. Volgens de betrokken partijen wijzen alle scenario’s uit dat een grote toename van offshore windenergie nodig is in de komende decennia. ‘Een voortzetting van dat tempo is duidelijk niet genoeg om de doelstellingen van het Parijs-akkoord te halen. Daarom is een grote sprong nodig in de ontwikkeling van offshore wind’, aldus het rapport.
Waterstof voor transport van de energie
De partijen hebben plannen ontwikkeld om in de Noordzee een aantal knooppunten te bouwen waar grote windparken via grote converters (grote stopcontacten op zee, red.) op internationale stroomverbindingen worden aangesloten. Op termijn kunnen daar mogelijk ook waterstoffabrieken worden gebouwd. Waar in eerste instantie werd gedacht aan één groot eiland, wordt nu gekeken naar een aantal kleinere knooppunten verspreid over de Noordzee. Die knooppunten kunnen een kunstmatig eiland zijn, een grote drijvende constructie of een platform.
Tijdlijn is zeer strak
De betrokken partijen roepen overheden op snel tot actie over te gaan. ‘De tijdlijn benadrukt de noodzaak voor snelle actie zodat het project kan worden ontwikkeld en gerealiseerd.’ Landen rond de Noordzee zijn op dit moment bezig met de ruimtelijke planning van windparken, maar opereren los van elkaar.
Natuurgebieden
Het consortium heeft verschillende opties onderzocht voor de aanleg van kunstmatige eilanden op verschillende locaties, waaronder in het Natura-2000 gebied Doggersbank. De milieu-impact van de aanleg en bouw van dergelijke knooppunten moet nog worden onderzocht.
Visserijsector
De vertegenwoordigers van de vissers spreken wekelijks meerdere malen met de stakeholders rond het dossier ‘Windmolens op Zee’. Aan tafel zitten de belangrijkste partijen van de Ministeries, organisaties die staan voor Natuur en Milieu, de energiesectoren en aanverwante organisaties (zoals netbeheer) en de visserijsector. Ook schuiven afwisselend andere nauw betrokkenen aan. Dit staat alles onder leiding van een secretariaat met een voorzitter (Jacques Wallage). Dat de gevoerde gesprekken een steeds hogere spanning opleveren mag duidelijk zijn. Het is nu nog te vroeg om een volledige balans op te maken omdat er nog geen bestuursakkoord op tafel ligt. Terugkoppeling is met het bestuur en de ledenraad. In de afdelingsvergaderingen van afgelopen maand is uitvoerig gesproken over de voorstellen en plannen die nu als concept op tafel liggen. Vaststaat dat een goed gevuld transitiefonds en flankerend beleid nodig is om de visserijsector houvast te geven voor een toekomst met perspectief. ‘Dit raakt alle kottervissers en ik maak mij ook zeker zorgen over de toekomst van de ‘rijke’ Noordzee met deze ongebreidelde nieuwbouw. Ik zou willen dat er ook andere oplossingen kunnen worden besproken’, aldus voorzitter Johan Nooitgedagt. ‘Het begon er mee dat we onbeperkt konden investeren in zeewierboerderijen tussen de windmolens. Het blijkt inmiddels al te gaan over minder en nog eens minder want ook daardoor (teveel zeewier) ontstaat ongewenste voedselconcurrentie onder de waterlijn’. Dat het ecosysteem op de Noordzee een gigantische verandering ondergaat door deze bouwerij in de toekomst wordt door bekende wetenschappers ruimschoots bevestigd. Wordt vervolgd…
Meer informatie
Heeft u vragen, of wenst u meer informatie te ontvangen over de windmolens op zee? Dan kunt u contact opnemen met Johan Nooitgedagt, via 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl.