De verschillende adviesraden, waaronder de Noordzeeadviesraad (NSAC) en Noordwestelijke wateren (NWWAC) waarin de Nederlandse Vissersbond actief deelneemt, organiseerden op woensdag 5 februari 2025 een workshop over de herziene controleverordening voor de visserij. De Europese Commissie voorzag de adviesraden over de laatste informatie over de verordening waarbij de aanwezigen de kans kregen om vragen te stellen.
CCTV
De herziene controleverordening kent een planning waarbij enkele belangrijke onderwerpen de komende jaren worden ingevoerd. De meest controversiële is het cameratoezicht aan boord van EU- vissersschepen (langer dan 18 meter lengte) met een hoog risico op niet-naleving van de aanlandplicht wat per 1 januari 2028 ingevoerd zou moeten zijn. De Europese Commissie gaf aan dat er (nog steeds) geen duidelijkheid is wat er onder ‘hoog-risico’ wordt verstaan. Tijdens de workshop was veel aandacht voor de ontwikkelingen van niet EU-landen zoals Schotland en Engeland. In Schotse wateren wordt in de loop van 2025 een verplichting voor CCTV ingevoerd voor pelagische vissersvaartuigen en de demersale vloot zal niet lang daarna volgen.
Verhouding met ‘derde landen’
Tijdens de workshop vroeg Durk van Tuinen aan de Europese Commissie in hoeverre er afstemming plaatsvindt met het Verenigd Koninkrijk op dit punt. De grootste zorg voor de visserijsector is überhaupt de implementatie van CCTV maar als dan ook in verschillende landen een andere aanpak wordt gehanteerd is de ramp compleet. De Europese Commissie antwoordde dat er afstemming plaatsvindt over de technische specificaties van het systeem en verwacht op dat punt een gelijk speelveld met niet EU-lidstaten. Vanuit de PO’s werden daar vraagtekens bij geplaatst en opgemerkt dat niet alleen het Verenigd Koninkrijk een derde land is die haar eigen aanpak zou kunnen invullen maar ook Noorwegen.
Meting motorvermogen
Daar waar de meeste aandacht uitgaat naar de onderwerpen wegen aan boord en CCTV werd tijdens de workshop ook duidelijk dat de (continu) meting van het motorvermogen ook nog zorgt voor de nodige kopzorgen. Per 2028 zou dit ook geïmplementeerd moeten zijn maar de Europese Commissie moest antwoorden op vragen vanuit de sector schuldig blijven. Durk van Tuinen verwees nog naar de ervaringen die in Nederland zijn opgedaan met de ambities voor het meten van het motorvermogen bij garnalenvissersvaartuigen. Wil men binnen deze controleverordening ook naar een soortgelijk systeem waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen varen en vissen? De Europese Commissie moest deze vragen mee terug nemen en zal er in later stadium schriftelijk op antwoorden.
Evaluatie van de workshop
Na afloop van de workshop hebben de deelnemers vanuit de NSAC en NWWAC gesproken over het resultaat. Er werd geconcludeerd dat veel, met name technische, zaken nog moeten worden gespecificeerd maar dat daar de tijd veel te krap is. De Europese Commissie wijst met name naar de EU-lidstaten voor de verdere uitwerking. Maar komt er dan een gelijk speelveld? Er zijn afspraken gemaakt om deze signalen vanuit de adviesraden spoedig over te brengen.
![Durk van Tuinen](https://vissersbond.nl/wp-content/uploads/2023/07/Nederlandse-Vissersbond-0683-scaled-e1689152810154.jpg)
Voor meer informatie
Contact opnemen met het team Nederlandse Vissersbond, T 0527-698151 of secretariaat@vissersbond.nl, vragen naar ?Durk van Tuinen.